Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2
(1931)–Lodewijk van Velthem– Auteursrecht onbekendHoe die coninc van [Vrancrike] Vlaendren sinde, ende ment hem opgaf. .viii.
Ga naar margenoot+ Doen die grave dus rumde Gent,Ga naar voetnoot524
525[regelnummer]
Screef men .xiij.c omtrent
Dat jaer ons heren, alsict versta.
Niet lange leet oec daernaGa naar voetnoot527Ga naar voetnoot527-528
Die coninc en dede VlaenderlantGa naar margenoot+
Besetten algader van siere hant.
530[regelnummer]
In alle die steden groet ende clene
Voer hi ute ende in gemene,
Sonder in Gent, dan was oec niet
| |
[pagina 250]
| |
Hem onderdaen, alsemen siet.Ga naar margenoot+
Te Brucge drevense grote feeste
535[regelnummer]
Ende van behagelheiden groet oreeste.Ga naar voetnoot535
Dat belfroet was so geordineert
Datter die coninc in logeert.
Ten Male maecti oec daernaGa naar margenoot+
Sine woninge, alsict versta,
340[regelnummer]
Ende dede daer spise comen ende wijn,
Omdat hi daer blide wilde sijn.
Mijn her Carle was utgesantGa naar voetnoot542
Om tontfane Vlaenderlant.Ga naar margenoot+
Dander stede hem ondergaven saen,
545[regelnummer]
Sonder Gent, dat wilde bestaen,
Ende trac daerwaerd met sinen here.
Ende Gint hadde binnen grote were:
Van Brabant ende vanden RineGa naar margenoot+
Ende vander Masen, die in scine
550[regelnummer]
Stoute liede dochten wesen.
Daer lach mijn her Carle vordesen
Met sinen here gelogiert vor Gent,
Ende recht .xiiij. nacht wel omtrentGa naar margenoot+Ga naar voetnoot553-554
Vore Assentie dach, Godweet.
555[regelnummer]
So lietmen binnen Gent gereet
In manieren dat hi ne dade
Nieman daer engenen scade.
| |
[pagina 251]
| |
Die grave van Simpoel was oec mede.Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot558
Hi voer in Vlaendren, wel gerede,
560[regelnummer]
Van stede te stede, ende sprac
Ane hem, ende om sijn gemac
Ende om sijn vordeel stont hi met.
Doen Vlaendren dus was besetGa naar margenoot+
Ende den coninc was gegaen in hant,
565[regelnummer]
Bleef Simpoel dus in dat lant
Ende conquereerde daer groten scat.
Daerna leidemen hem ane dat
Die heren, doen hi quam te Gent,Ga naar margenoot+
Datmen ongelt name omtrent.Ga naar voetnoot569
570[regelnummer]
Si souden hem dienen herde milde,
Opdat hijt consenteren wilde.
Hi consenteerde dese word,
Maer hi wilde wesen uter pordGa naar margenoot+
Ga naar margenoot+ Alsemen dongelt roepen soude,
575[regelnummer]
Daer hem menich ane bescoude.
Dus waest geroepen binnen Gent,
Daer der vele om bleef gescent,
Vanden besten geboren liedenGa naar margenoot+
Diemen anteech datsijt berieden.
|
|