12 Bakbatitri, suikervogel
Coereba flaveola
Kop, rug en vleugels donkergrijs, stuit olijfgeel. Opvallend is een witte wenkbrauw die van de snavel tot de nek loopt. Bij jonge vogels zijn de kleuren veel minder helder en is ook de lijn boven het oog nog niet erg duidelijk. Lengte 11 cm.
Levendig vogeltje dat vrijwel overal wordt aangetroffen, alleen of in paar.
Vooral in de broedperiode, maar ook daarbuiten zijn ze erg agressief tegen soortgenoten vandaar dat je nooit grotere groepen ziet. Onder aanhoudend gepiep trekken ze van boom tot boom op zoek naar bloesems en insecten. Ze komen daarbij in de stad tot in lage struiken waarbij ze hun korte, gebogen snavel in de bloemkelken steken om nectar te bemachtigen. De zang is eenvoudig maar aangenaam.
Bakbatitri's bouwen een nogal rommelig nest van grassen en bladeren en alles wat maar te vinden is. Het gesloten ronde nest heeft een zij-ingang, meestal worden 2 tot 3 eitjes gelegd.