Zinne-beelden, oft Adams appel(1642)–Jan van der Veen– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 142] [p. 142] 't Dartichste zinne-beeldt. Stemme: Het dae get uytten Oosten. VEranderingh van tyden een ander leeven baardt, 't Gunt wetten ende zeden verbastert en veraardt, Verbastert wet en zeeden, Recht en reeden. Verreesen of herleefden de Gulden-eeuwsche-lien, En dat dees' wylen ouden 'tverkeerde mochten sien, En dat dees wylen ouden, Dit anschouden. Haar armen souden klanken heel kruys-wijs over een, Haar Tongen souden krommen, en klemmen door 'tgeween, Haar Tongen souden krommen, En verstommen. Nu hadd ghy recht te lachen o spotter Democrst, Nu hadt ghy reen te schyreyen, o vroomen Heradit, Nu waart een lach en schreyen, Voor u beyen. [pagina 143] [p. 143] Maar 'twas in uwen tyden gemaakte lach en truer, 't Verstant zat doe in waarden, en wijsheyt an het stuer 't Verstandt zat doe in waarden, Op der aarden. Daar nu deur gunst en gaaven het vroom en kloek gemoedt Vaak deur een botten leeken te rugge deysen moet Vaak deur een botten leeken, Wert versteeken. 'tEn geldt noch deught, noch waarde, maar 'tgelt het lieve gest, Het geldt veel Esel-lieden op't sachte kussen steldt, Het geldt veel Esel-lieden, Doet ghebieden. Men steldt vaak jonge laffen van kinderlijk verstandt. Of wulpsche dart'le balgen tot vooghden over 'tlandt, Ja sulke dart'le balgen, Om te walghen. Wie nu maar heeft Cristoffels of vrinden an het Roer Hoe grof en onbedreven, hoe lompen plompen loer, Of werdt (hoe onbedreven) Noch verheven. Dies krijghen d'onderdaenen vaak tot een over-Heer, Of rechter, dat een wicht is, of ongelekten Beer, Of eender dat een wicht is, Of een lichtmis. [pagina 144] [p. 144] Of een versoopen Bachus verkrijght een eerlijk ampt, Of een verhoerden kaelis die't goetjen heeft verslampt, Of een verhoerden kaalis, Die heel scharaal is. Het is, men moet hem helpen, syn onders waeren eêl, Dus keurtmen't kaf voor't kooren, de semel voor het meel, Dus werdt het kaf voor't kooren, Vaak ghekooren. Dat lacherm ende schreyer, nu sagen 'sWerreltes kreyts Die meer is als belach'lijk, beschreyelijk van beydts, Die meer is als belach'lijk, En beklagh'lijk. Verandering van tyden een ander leeven baardt, 'tGunt wetten ende zeden verbastert en veraardt, Verbastert wet en zeden, Recht en reeden. Vorige Volgende