Zedenzangen(1720)–Carolus Tuinman– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Kleed. Toon: O zalig, beilig, Bethlehem. 1. 't Kleed maakt den man, de man het kleed. Wien komt meer eere toe van beiden? Geef z' aan de naalde dan, die weet Bei man en kleed zo te bereiden. 2. Doch is dit waar, gelyk men zegt, Dat dus het kleed den man moet maken: Dan is het vulsel byster slecht. 't Fatzoen ook minder dan het laken. 3. Met zet dus in een kerssenboom Een man, gemaakt van enkel kleêren, [pagina 112] [p. 112] De spreeuw en exter tot een schroom: Maar ô dat zal geen menschen keeren. 4. De man is beter zonder kleed, Als kleed, waar in geen man zou steken. Is by den man het kleed ook meed', Dan zal aan beide niets ontbreken. Vorige Volgende