De oorsprong en uitlegging van dagelyks gebruikte Nederduitsche spreekwoorden, opgeheldert tot grondig verstand der vaderlandsche moedertaal. Deel I(1726)–Carolus Tuinman– Auteursrechtvrij Vorige Volgende P. PAs wat te raken.246 Paters vaatje.28 Pluimstrijken.187 Pochen en broekbevuilen is geen konst.277 Punt bieden.280 Vorige Volgende