oogmerk bereikt hebben. Vind men hier of daar iets, dat met de nauwkeurigheid der spelling, of reden-scheiding, niet over-een-komt, of een misdruk; uwe bescheidenheid gelieve dat te goede te houden: dewijl ik op zulke en diergelijke kleinigheden niet zeer gelet hebbe. Eenige drukfeilen, welke den zin hinderden, of de zangmaat verminkten, zijn achter ter verbetering aangewesen. Ten besluit; gelukkig zijn wy, indien wy, tot navolging van Israëls lieffelijke Zanger, zo Gods lof uitgalmen op aarden, dat wy met de zalige Hemel-ryen, op de Cythers Gods, het Gezang Mosis en des Lams eens mogen zingen! zo doen wy het werk der Engelen en zalige zielen alhier beneden; het welk voor Gods Throon onze eeuwige verlustiging zal zijn.
Dus was mijn voor-af-spraak, wanneer ik eerst deze Gezangen in ’t licht gaf. Nu heb ik’er niets zonderlings in te veranderen, of daar by te voegen, als het een woord reden te geven wat my tot deze nieuwe druk bewogen heeft. My is voorgekomen van verscheide, dat deze Liederen hen niet onsmaakelijk waren geweest; doch dat ze