Beginzel van hemelwerk(1720)–Carolus Tuinman– AuteursrechtvrijBestaande in mengelzangen over menigerlei uitgelezene geestelyke en stichtelyke keurstoffen, tot zielverlustiging, op veelerhande rymtrant en toonen Vorige Volgende [pagina 95] [p. 95] Raadslagen. Toon: Psalm 6. 1. Wat vast besluit van zaaken De menschen mogen maken, O! zy volbrengen niet Het geene zy bedoelen, Hoe driftig zy ook woelen, Zo God het niet gebied. 2. In 't hevigst van hun raazen, Kan God daar ras in blazen. Een onverwacht geval Kan 't rad van die besluiten Straks stremmen, en doen stuiten. 't Komt uit op niet met al. 3. Wat moogt gy, arme wormen! Den Hemel doch bestormen? Een bliksems slingerslag Kan u in vlamme zetten, Een donder u verpletten. God heeft zyn wrekingdag. 4. Wat moogt gy God dan tergen? Gaat, stapelt vry de bergen Ten ladder naar Gods Hof. Vergeefs zyn zulke sporten. God zal die op u storten, En malen u tot stof. 5. O! laat die Babels toren [pagina 96] [p. 96] Nog bouwen, dit doch hooren, En afstaan van dat werk. Wat Paus en duivel poogen: Gods hart, en hand, en oogen. Beveiligen zyn Kerk. 6. Ei! laat ons vlytig letten Op 's Albestierders wetten: Want zyn besluit bestaat, En niets zal dat verwikken. Men moet zich ned'rig schikken Naar 's Allerhoogsten raad. Vorige Volgende