Beginzel van hemelwerk(1720)–Carolus Tuinman– AuteursrechtvrijBestaande in mengelzangen over menigerlei uitgelezene geestelyke en stichtelyke keurstoffen, tot zielverlustiging, op veelerhande rymtrant en toonen Vorige Volgende [pagina 60] [p. 60] Jezus heere. Toon: Als een uitgestorten Balzem. 1. 'K zeg den dienst van and're Heeren Eeuwig op, van nu voortaan: 'k Wil 'er niet meer onder staan, Dat zy over my regeeren. Zoude ik hen nog dienen? Neen, Jezus is myn Heer alleen. 2. Satan! met uw' strik en banden, Die uw' looden juk verguld, Denk niet, dat gy heerschen zult. Ik onttrek u hart, en handen. Zoude ik u nog dienen? Neen. Jezus is myn Heer alleen. 3. Wereld! die weet op te pronken 't Ydel van uw? dienstbaarheid, Die zo menig hebt verleid, Die uit uwen beker dronken: Zoude ik u nog dienen? Neen. Jezus is myn Heer alleen. 4. Vleesch! gy gaat uw' slaaven dryven Tot den dienst der zondenwet: Maar daar ben ik van gered. Zoud' ik dan uw' knecht nog blyven? Zoude ik u nog dienen? Neen. Jezus is myn Heer alleen. [pagina 61] [p. 61] 5. 'k Wil in Jezus dienst maar leven: Want zyn lieflyk juk is ligt. Ik volbreng dan mynen plicht, Wilt gy, Heer! uw' Geest my geven. Zoude ik and'ren dienen? Neen. Jezus is myn Heer alleen. 6. 'k Wil myn kniën voor hem buigen; 't Geen de Vader elk gebied, En ook overal geschied. 'k Wil hem mynen Heer betuigenl Heb ik nevens Hem iets? Neen. Jezus is myn Heer alleen. Vorige Volgende