bepaalde groepen hun monopolie op een bepaald kennisdomein trachten te vestigen of te verdedigen Dit betekent echter niet dat elke zin die meer dan tien woorden bevat daarmee noodzakelijkerwijs jargon is. Niet veel minder erg dan academische dieventaal is de pseudo-simpelheid, die de communicatie vertroebelt omdat ze de complexiteit van het onderwerp negeert. Wie zich nauwkeurig wil uitdrukken dient publiek zowel als theorie recht te doen.
De ‘crisis in de sociologie’, het onderwerp waarmee dit boek begint, staat sinds een aantal jaren in het middelpunt van een enigszins navelstaarderige sociologie over de sociologie. De theorie dat deze crisis veroorzaakt wordt doordat sociologen bij het verklaren van sociale problemen moeten concurreren met ‘leken’, wordt uitvoerig bekritiseerd, evenals een aantal daaraan verwante denkbeelden. Deze worden aangevallen als elementen van een beroepsideologie, met behulp waarvan sociologen status, beloning en macht trachten te rechtvaardigen.
Dwars daartegenin wordt een conceptie ontwikkeld van sociologie als een voornamelijk discursieve wetenschap, waarbinnen niet academische titels maar argumenten tellen.
Dit thema heb ik elders geïllustreerd (‘Het verklaren van een oorlog. Vietnam en de Amerikaanse politieke wetenschappen’, Transaktie, jrg. 6, 1977, nr. 1, blz. 1-27). Het zijn niet de beoefenaren van de academische politieke wetenschappen geweest die zich tussen 1960-1970 in de Verenigde Staten van Amerika wetenschappelijk druk maakten over Vietnam.
Veruit de meeste belangrijke studies over Vietnam en de Amerikaanse politiek zijn afkomstig van begaafde journalisten en ketterse geleerden, terwijl een aparte plaats toekomt aan de Pentagon Papers. Analyse van de laatste maakt duidelijk dat een aantal revisionistische theorieën over de Indochinese oorlog onjuist zijn. De vs gingen niet naar Vietnam om er grondstoffen te winnen of afzetgebieden te veroveren.
De Pentagon Papers vormen daarnaast een goede aanleiding om in te gaan op de rol van wetenschapsbeoefenaren