De Engelse filosoof, die in de burgeroorlog ‘als eerste’ (zoals hij trots in zijn autobiografie meldt, ‘the first to flee’) naar Frankrijk uitweek, keerde naar Engeland terug toen de burgeroorlog beslecht was en Oliver Cromwell als Lord Protector in de plaats was getreden van de onthoofde koning Karel i. Hobbes' aanvaarding van de nieuwe machtsverhoudingen bracht hem er echter niet toe zich op te werpen als luidruchtig advocaat van Cromwells regime. Schmitt daarentegen, vóór mei 1933 een uitgesproken tegenstander van de nsdap, wierp zich daarna op als Kronjurist des dritten Reiches en was daarin tamelijk succesvol tot hij eind 1936 door de nazi's aan de kant werd gezet.
Zulke door hem zelf gekozen parallellen met politieke denkers uit het verleden als Machiavelli en Hobbes demonstreren Schmitts vastberaden neiging tot ongrijpbaarheid en mystificatie. Deze staat in schrille tegenstelling tot de dwingende en ogenschijnlijk glasheldere stijl waarin de meeste van zijn geschriften zijn gegoten. Politische Theologie (1922) opent bijvoorbeeld met de fameuze zinsnede ‘Souverän ist wer über der Ausnahmezustand entscheidet’, een conclusie die toentertijd als een handgranaat in het hof van het constitutionele denken ontplofte en dat eigenlijk steeds weer doet.
Terwijl Schmitts politieke omstredenheid grotendeels bepaald is door zijn opstelling in de jaren 1933-1936, berust zijn intellectuele reputatie toch vooral op de korte, meestal polemische geschriften, die hij vóór 1933 publiceerde, tijdens de Republiek van Weimar, waar hij gold als een van de voornaamste staatsrechtsgeleerden. Maar als staatsrechtsgeleerde verschilde hij in twee aspecten van de meeste van zijn eminente collega's. In de eerste plaats omdat hij zich steeds weer van de historische dimensie van recht rekenschap gaf; in de tweede plaats omdat hij in feite een sociologische visie op staatsrecht ontwikkelde, waarin recht altijd als de uitkomst van politieke beslissingen werd gezien. Geen wonder dat hij vaak is beoordeeld als een leerling van Max Weber. Geen wonder dat hij zichzelf als leerling van Hobbes zag en veelvuldig diens uitspraak citeerde dat niet de waarheid, maar het gezag uitmaakt wat wet is: non veritas, sed auctoritas facit legem.
Van deze geschriften is Der Begriff des Politischen het beroemdste en beruchtste. Een vertaling was allang op zijn plaats, nu aan Nederlandse universiteiten het merendeel van studenten geen Duits meer beheerst, ook niet als leesvaardigheid.
Het begrip politiek is terecht en onomstreden een klassieke poli-