De gouden oogst(1944)–Fernand Toussaint van Boelaere– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 109] [p. 109] [Eenzaam zijn tijd en uur] Eenzaam zijn tijd en uur; nabij de nacht. Maar 'k weet dat mij nog wacht 't schoonste avontuur, de allerleste verrukking: horizont in avondgloed, vooraleer de nacht voorgoed omsluit, tot eindlijke mislukking, álles wat ik, droom of feit, in hart en vleesch, ten kring der jaren, hoopte en meende te ervaren aan gelukzaligheid. O gij, laatste, en meest bevreesde, maar de felst begeerde door 't hart - dat overleeft ál wat het kreeg, al wat 't al gaf, nog geeft u, de in schroom - en waan? - vereerde, u, de Aangebeedne der laatste feeste!... Vorige Volgende