Vyf vaderlandsche grond-waarheden.
I.
De Heeren Staaten van ieder Provincie moeten de HOOGE OVERHEID zyn van haare Provincie. - (Zo alleen kan ieder Provincie
tot dien hoogen trap van Welvaaren gebragt worden, welke volstrekt noodig is om
de vereischte Lasten op ten brengen.)
II.
Het Welzyn der Vereenigde Provincien, als één Land beschouwd, moet het groote richtsnoer, of de groote
toetssteen zyn van alle, ja zelfs van de byzonderste Wetten
en Beschikkingen der Staaten van elke Provincie. - (De verwaarloozing van deeze groote Waarheid maakt
ons Staatsgestel aan allerlei gebreken onderhevig, en is de groote bron van
oneenigheid en tweedragt, enz.)
III.
Het middel, om met bekorting van der Provincien
vrye Oppermagt derzelver oneenigheden voor te komen, zou tevens ten verderve
strekken. - (Het is volstrekt waar, dat het innerlyk Welvaaren van elke
Provincie, en dus van het geheele Vaderland, altyd
onveiliger en minder moet worden, naar maate de vrye
Oppermagt der Heeren Staaten van elke Provincie zou verminderen.)
IV.
Zo volstrekt noodzaaklyk als de Eendragt is, zo
volstrekt noodzaaklyk is ook de vrye Oppermagt der
Heeren Staaten voor 't Welzyn van 't geheele Vaderland.
V.
De groote Grondslag van alles is eenvoudig deeze:
‘Alle de Heeren Staaten
moeten in Staatkundige Wysheid en in alle die Vaderlandsche
Deugden uitblinken / die hunne Medeburgers en Ingezetenen in hun
vorderen’.
Zo alleen kan Eendragt en Recht en Gerechtigheid
algemeen heerschen; - zo kunnen de middelen van bestaan en daarmede het getal
der Inwooneren toeneemen; - zo kunnen dan ook 's Lands Inkomsten meer
toereikend worden om onze Dyken en onze vereischte Krygsmagten te onderhouden;
- zo moet het geheele Nederlandsche Volk de Oppermagtige Regeering der
Heeren Staaten voor de beste, ja voor de
eenigste houden, waardoor het geheele Land en elk byzonder
Inwooner kan gelukkig zyn, - en zo alleen zal de vrye Oppermagt der
Heeren Staaten en daarmede het gantsche Vaderlandsche
Welvaaren vast en veilig staan.