Deugden-boekje

De brave zoon.

Vader wil volstrekt niet hebben

dat ik weêr bij Hein-neef kom;

'K man geen voet meer bij hem zetten,

en ik weet toch niet waarom

[p. 58]

 

Hein-neef is een beste jongen,

 

dat heeft vader zelf gezegd;

 

Nooit, neen nooit is hij ondeugend;

 

altijd doet hij wèl en regt;

 

Ongeschikte woorden spreken,

 

dat zou Hein-neef doen! vast niet!

 

En meêlijdend; altijd huilt hij

 

als hij iemand straffen ziet.

 

Zie, ik zeg, Hein is een engel,

 

daarom kan 'k ook niet verstaan,

 

Waarom mij toch is verboden

 

bij dien engel weêr te gaan.

 

Toch, ik zal gehoorzaam wezen;

 

'k wed dat ik niet bij hem kom;

 

Vader heeft het mij verboden,

 

dat 's genoeg, hij weet waarom,

 

En daarin moet ik berusten;

 

want het is toch maar gewis,

 

Dat mijn lieve, beste vader

 

ijsselijk verstandig is.