Boertige en ernstige minnezangen(ca. 1710)–Cornelis Sweerts– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 89] [p. 89] Op het verjaaren van K.D. Ridder, Op vastenavond. Wyze: Jacob, hoe neemt gy de zaak op, Of: Korte kousjes lange klinken. 't IS van daag een blyden dag, Dat men vreugd bedryven mag, ://: Zingen, springen, dansen, kweelen, Op de rommelpot te speelen. Dats raar, dats raar, Katjen is van daag een jaar. 2. Wie dat katje nu verjaart, Zal ook eeten van haar taart, ://: Komt dan zamen oud en jongen Rustig uit den borst gezongen. Dats raar, dats raar, Katje is van daag een jaar. 3. Ziet dat lieve en zoete lam, Vryen om een volle mam, ://: Ziet 'er koselen, en lacchen, En eens om een slokje pracchen. Dats raar, dats raar, Katjen is van daag een jaar. 4. Och dat zoete lieve kind, Van haar maatje zo bemind, ://: [pagina 90] [p. 90] En haar paatjes lust en leeven, Ziet wat kanze lonkjes geeven, Dats raar, dats raar, Katjen is van daag een jaar. 5. Jongens maak een ronden dans, Spring eens om de rooze krans, Wil geen vreugt of blyschap sparen, Helpt nu katje mee verjaren. Dats raar, dats raar, Katjen is van daag een jaar. 6. 'k Hoop dat gy beleeven zuld, En den dag zuld zien vervuld, ://: Na 't verwisselen der dingen. Gy haar bruilofsdag moogt zingen. Dats raar, dats raar. Katje is van daag een jaar. T. Asselyn. Nec lacrymes crudeles Amor, nec gramina rivis, Nec cythiso saturantur opus, nec fronde capelle. Virgilius Eclog. X. Vorige Volgende