Eenzame bloemen(ca. 1885)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 102] [p. 102] XLII. Daar schitterde een lachje om uw lippen; ik dronk Uw zielebetoovrenden glimlach. 't Was, of mijn een hemel in 't aangezicht blonk, 't Was, of ik de zon aan de kim zag. - Zoo schoon als een lach om een ernstigen mond Kan niets, dan misschien wel een traan zijn. Daar schitterde, wen ik mijn glimlach u zond, Een perel van liefde op uw aanschijn. Vorige Volgende