Eenzame bloemen(ca. 1885)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 78] [p. 78] XXIV. Scherp teeknen zich de fijne takjes Op 't hemelblauw, als zwarte kant. In 't Westen zie ik breede strepen Van zilvergrijs niet rooden rand. En wolken, zachtgetint als rozen, Die de eerste Junidag ons biedt, Doorzweven langzaam 't vrije luchtruim. - De zon gaat onder in 't verschiet. Nu baden zich de witte huizen In rooden avondzonnegloed, Elk venster geeft de stralen weder En 'k voel dien glans in mijn gemoed. Vorige Volgende