Eenzame bloemen(ca. 1885)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 55] [p. 55] XI. De wolken drijven langs den hemel Als blanke zwanen op een meer En 't vloeiend goud der zonnestralen Daalt op de groene velden neer. Hoe blauw zijn nog de korenbloemen, Hoe geurig nog de frissche wind! O drinkt de lucht met volle teugen En plukt de bloemen, die ge vindt! Nog prijken de oude beukenlanen Met rijkgekleurden najaarsdos... En morgen stroomt de regen neder En breekt de felle stormwind los. Gij zijt nog ver, o bleeke Winter! O wees genadig voor elkeen En sprei uw wit fluweelen mantel Nog lang niet over de aarde heen. [pagina 56] [p. 56] En laat ons van den herfst genieten En rusten op liet mos der laan Of op het geurig kruid der heide, En dan weêr zingend verder gaan! Vorige Volgende