Blanke duiven(1895)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 6] [p. 6] II. Druiventrossen. Door 't wit van hitte woestenije-zand Zond ik mijn boden, Hoop en Liefde, en trouw Keerden zij weer, luid juichend: - ‘Nu aanschouw De reuzedruiven van 't Beloofde Land!’ Zwaar van belofte en rijp van hemeldauw, Trillen de trossen in mijn trotsche hand, Vol levenswijn, waar zonnevuur in brandt En purper schemert door het droomenblauw. En spelend streel ik, heffend tegen 't licht Het koele, zoete, volgezwollen ooft, De donzen druiven aan mijn aangezicht. En hand in hand, met opgeheven hoofd, Staan Hoop en Liefde, in blij volbrachten plicht, Wijzend naar 't Land, mij door Gods wil beloofd. Vorige Volgende