Beelden en stemmen(1887)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 34] [p. 34] V. Het looverhutje. In 't schuttend lommer der geschoren linden Van 't looverhutje, vóór de kleine herberg, Zit de oude boer en rookt zijn pijp, tevreden. Op 't ronde tafeltje, in het hooge bierglas, Kraalt, helderbruin, de blankbeschuimde laafdrank. Een blauwe kiel bedekt zijn breede schouders En zilverhaar omlijst, in lange lokken, Zijn rimplig hoofd en bruingebrande koonen. Aan 's meesters voeten ligt de ruige hond En rust behaaglijk in de koele schaduw. En lachend blikt, door 't saamgevlochten loof heen, Een blinkendblond, nieuwsgierig zonnestraaltje. Vorige Volgende