Beelden en stemmen(1887)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 21] [p. 21] XV. De gebroken vaas. De kleine pruilt, één vinger in den mond. Aan honderd scherven ligt de mooie vaas Van echt Japansch, die ze omwierp in haar spel. Het zwarte katje rekt zich uit en slaat De speelsche klauwtjes in den boozen bal Die 't onheil stichtte. En met de rozevuist Wischt fluks uit de oogen 't kind de traantjes weg. Komt straks mama, zwart Poesje krijgt de schuld. Vorige Volgende