Beelden en stemmen(1887)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 9] [p. 9] VI. Opstaan. Bij 't blanke bedje staat de blonde kleine, Met bloote voetjes, op het mollig vloerkleed, En geeuwt en rekt de poezie rozeleedjes, Terwijl zij, traag, de loddrige oogjes uitwrijft, Met beide handjes, tuimlend, sluimerdronken. Door 't geel gordijn glijdt zacht een zonnestraaltje Op 't lief gelaat, omlijst door lichte lokken, Op 't leliehalsje en 't afgezakte hemdje. Door 't open venster vliegt een duif naar binnen, Met zoet gekoer en vroolijk vleugelkleppen En spreidt haar wieken over 't blonde hoofdje. Vorige Volgende