Beelden en stemmen(1887)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina V] [p. V] Aquarellen. [pagina 1] [p. 1] Uit de kinderwereld. [pagina 3] [p. 3] I. In het dal. Zacht, door de blaadren, glijdt het zomerzonlicht, In 't groene dal, waar blonde kindren spelen. Een jaagt naar vlinders, de ander zoekt naar bloemen. Een derde grijpt, met beide handjes, flinkweg, Een wilgentak, die laag op 't welig gras hangt, Wiegt zich een wijle en kloutert koen naar boven. Door 't grijsgroen loover blozen bloote beentjes En onder 't mutsje stralen klare kijkers. Ginds reit ten vluggen rondedans een groep zich. Ei! zie die lokken en die linten wappren! In aller oogen flikkert levensblijheid, Op aller wangen bloeit der vreugde bloesem. Een aardig meisje - de oudste - heft een liedje aan, [pagina 4] [p. 4] En lustig galmt, bij 't vroolijk ommezwenken, De gansche troep het welbekend refrein na, Terwijl de wind die, even dartel, meestoeit, Haar rozerokje en gulden lokken oplicht. Vorige Volgende