Zwemmarathon:
Zwemmarathon: onderdeel van de zwemsport, waarbij ongeveer 18 km wordt afgelegd. De belangstelling voor de zwemmarathon begon op 24 augustus 1875, toen de Engelsman kapitein Matthew Webb het Engelse kanaal in 21 uren en 45 minuten en daarbij in totaal 38 mijl aflegde. Het kanaal is in rechte lijn 20 mijl lang, gemeten tussen de witte krijtrotsen van Dover en Cap Gris Ned aan de overkant tussen Calais en Boulogne. Het was Webb's tweede poging. Deze prestatie moet niet onderschat worden, daar het tot 1911 duurde eer het een ander persoon lukte het Engelse kanaal over te zwemmen. Het was de Engelsman William Burgess die na elf pogingen dit moeilijke traject in 20 uren en 30 minuten aflegde.
Het Engelse kanaal werd de trekpleister van vele zwemmers over de gehele wereld die gefascineerd werden deze afstand zwemmend te overbruggen.
De resultaten van deze marathonzwemmers werden hier te lande voornamelijk in De West gepubliceerd en ook Surinamers raakten in de ban om lange afstanden zwemmend te overbruggen.
Vrijdag 27 december 1918 is een erg belangrijke datum in de historie van de Surinaamse zwemsport, daar op die dag Club Kraan een vriendschappelijk wedstrijd organiseerde en de bestaande clubs (Dolfijn en Neptunes) waren dan ook uitgenodigd. De zwemmers werden door de motorboot Cristoph Kersten omstreeks 15.30 uur van de Marinetrap naar Tout Lui Faut gevaren. Door de heer Adolf F.C. Curiel werd een zilveren beker uitgeloofd aan degene die de Marinetrap als eerste bereikte. De jury bestond uit 3 mensen t.w. Dr. L.C. Aletrino (van Club Kraan), R.D. Simons (van Neptunes) en iemand van de militairen.
Op zondag 12 juni 1921 namen 22 deelnemers het initiatief de afstand Domburg - Paramaribo zwemmend te overbruggen. Negen zwemmers bereikten de finish en de gehele afstand legden zij in 3½ uur af. Degenen die de route aflegden waren: Max Barends, Rudolf Burke, Willem Campagne, Gilly Glans, Guillaume Goede, Hans Jurrjens, William Kraan, Leo del Prado en Richenel Zschuschen.
Enige zwemmers moesten wegens last van kramp onderweg in de boot worden genomen, terwijl een tweetal wegens verkleuming de strijd moesten staken. Van verschillende kanten werd bij de tocht medewerking ondervonden. De commissaris van Domburg stelde een boot beschikbaar voor de tocht, terwijl zijn echtgenote de zwemmers op een kop cacao onthaalde. Het Surinaamsch Sportcomité had zich voorgenomen de zwemmers te verwelkomen bij hun terugkeer aan de Marinetrap en hun te onthalen in het Park. De zwemmers echter, niet wetende welk een eer hun was toegedacht, kwamen aan wal aan de Saramaccastraat, zodat zij de hulde misliepen. Zij kregen echter de volgende dag een hartelijk schrijven van het comité. Zondag 12 juni 1921 is de historische dag in de geschiedenis van de zwemmarathon van Suriname. Aangezien die dag de allereerste zwemmarathon in Suriname werd gezwommen.
Op maandag 30 april 1923 werd er een schepje bovenop gedaan. De route werd toen Waterland - Paramaribo (ongeveer 26 km). Twintig deelnemers vertrokken om 4.30 uur v.m. per motorboot Elisabeth naar Waterland. Te Waterland aangekomen ging men omstreeks 7.00 uur het water in. De zwemtocht duurde bijna 6 uren en 9 deelnemers legden deze afstand af. Deze personen waren: Harry Amo, J. Bottenbly, Willem Campagne, Ch. Kamerling, William Kraan, Albert May, Sam Straker, W. Tjin Asie en Richenel Zschuschen. Tijdens deze zwemtocht waren er twee roeivaartuigen in de nabije omgeving die degenen die niet meer konden het water uithaalden.
Op zondag 12 juni 1927 werd voor de tweede maal de afstand Domburg - Paramaribo gezwommen. 30 zwemmers namen hieraan deel, waarvan wel liefst 24 de afstand aflegden. Eigenlijk lag het in de bedoeling bij Soekibaka te stoppen, maar de stemming was van dien aard dat men besloot door te gaan. De 24 zwemmers waren: Harry Amo, Rudolf Burke, Willem Campagne, G. Couvreur, Albert de Freitas, Martijn Goede, Th. Hiemcke, F. Haarloo, H. Heilbron, Mohamed Isaak, William Kraan, Just Kruisland, Edgar Wijngaarde, J. Lindveld, Ch. Lim Tjau, Albert May, M. Malmberg, D. Rosheuvel, M. Stiesri, George van Sichem, H. Tjin Asie, W. Tjin Asie, J. Wix en O. Walter. De zwemmers vertrokken iets over 6 van Domburg en waren omstreeks tien uur bij de Marinetrap.
Hoewel alle 3 zwemmarathons succesvol waren verlopen en door de Surinaamse gemeenschap hoog gewaardeerd werden, zou de vierde pas in 1965 worden gezwommen. De geestesvaders van deze zwemmarathon zijn ongetwijfeld Willem Campagne en William Kraan, maar waarom juist de afstand Domburg - Paramaribo (marinetrap) werd gekozen en waarom na 1927 geen marathons werden gezwommen is niet bekend.
Op zondag 21 november 1965 namen enkele zwemmers het initiatief de afstand Domburg-Paramaribo zwemmend te overbruggen. De initiatiefnemers waren Albert del Prado, Harold Does, Domingo Moll en Ro Angel. Alleen de 18-jarige Albert del Prado haalde na ruim drie uren de Marinetrap. Harold Does viel als laatste in de omgeving van Bruynzeel uit. De prestatie van Albert del Prado was van dien aard dat op zondag 9 januari 1966 14 zwemmers de afstand Paranam-Paramaribo trachtten