Verantwoording
Een boek als dit is geen eenmanswerk. Het is ook geen groepswerk. Het is een boek dat de samensteller ertoe verplicht heeft, telkens een beroep te doen op de kennis en de bereidwilligheid van een hele reeks personen. Aan hen allen betuig ik mijn hartelijke dank.
Voor het bijeenbrengen van het authentieke basismateriaal, het opsporen van de vele door vroegere auteurs alreeds vermelde en soms geciteerde documenten, en de bescheiden reeks van tot nu toe onbekend gebleven archivalia, ben ik dank verschuldigd aan de heren Henri A. Ett, Drs. P.J. Verkruysse en Dr. H.G. van den Doel. Met grote erkentelijkheid denk ik terug aan de stimulerende belangstelling en medewerking van Dr. W.J. van Hoboken, stadsarchivaris van Amsterdam, onder wiens beheer zich vrijwel alles bevindt wat op het gezin Bredero betrekking heeft. De onvoorziene vertraging in de afwerking van dit boek heeft het voordeel gehad dat ook nog gebruik kon worden gemaakt van de gegevens, door Mejuffrouw Dr. I.H. van Eeghen en de heer J.Z. Kannegieter in Amstelodamum jrg. 55, en 56, en door Prof. Dr. A. Keersmaeckers in Spiegel der Letteren, jrg. 11, gepubliceerd.
De translitteratie van de documenten is verricht door de heer Verkruysse, terwijl wij voor een aantal moeilijk te ontcijferen passages tevens een beroep mochten doen op het inzicht en de ervaring van Dr. F. Veenstra en Mejuffrouw Drs. J. Dommisse. De translitteratie is diplomatisch; ook inzake leestekens en dergelijke hebben we ons geen moderne vrijheden veroorloofd; de afkortingen evenwel zijn aangevuld, maar in cursief.
Terwille van de gewenste illustraties heeft vooral het Rijksprentenkabinet mij in bijzondere mate geholpen, al bleken er niet van álle vrienden en kennissen van Bredero portretten te bestaan. Ik moge in de persoon van Mevrouw Drs. D. de Hoop Scheffer allen bedanken die mij in dit opzicht met zoveel vriendelijkheid van dienst zijn geweest.
Naar ik vrees, heb ik zetters, drukkers en clicheerders van de uitgeverij Tjeenk Willink wel eens tot wanhoop gebracht; ik vraag daarvoor verontschuldiging, al zou ik een beroep kunnen doen op overmacht: want stellig heeft het materiaal nog vaker mij tot wanhoop gebracht, dan ik hen. Maar nu het boek er ligt, moge de juistheid van Bredero's zinspreuk hun tot troost en tot voldoening zijn.
G.S.