scheen my toe een droom te zyn. Duizend verschillende beelden zweefden my voor den geest: de plotslingsche overgang van vreugd tot smart de spoed der reis, de verandering der plaats, alles werkte hiertoe mede. - Ja, het leven is toch niets dan een schaduwspel, dat eene geduurig afwisselende vertooning maakt; als wy de schaduwbeelden willen omhelzen, die den meesteh indruk op ons maaken, alsdan verdwynen zy eensslags.... Maar waartoe deze klagten?... Zy veranderen in niets de omstandigheeden die ons omringen, en, schoon al het voorledene en toekomende schaduwbeelden zyn, werkt het tegenwoordige echter het sterkste op ons gevoel: na my alles in myne verbeelding voor oogen geschetst te hebben, wend zich myn gezicht bestendig naar het ziekbed myner geliefde vader, en de natuur' verslindt alle andere aandoeningen. Ik heb dezen nacht by hem gewaakt, schoon hy volstrekt wilde dat ik, na de vermoeijing der reis, een weinig rust zou genieten: maar hoe konde ik dit? de angst en ongerustheid, die my heeft aangegreepen, zou my toch geen rust vergund hebben!...
Des Namiddags.
De Hemel zy dank! Papa is niet erger en de Arts geeft ons een weinig hoop; indien 'er ten minsteen geen toevallen komen.