Refereinenbundel, Anno 1524
(1930)–Jan van Stijevoort– Auteursrecht onbekendReffereijn XCI
| |
[pagina 177]
| |
5[regelnummer]
Al ist dat ghy slaept de tyt lydt al euen stranck
niet wederkerende mer altyt synen ganck
dus siet voer v den tyt en es niet lanck
daer wy aen cleuen
Ghy sult nochtans vanden tyt redene gheuen Ga naar voetnoot9
10[regelnummer]
het is bescreuen / dus siet wel wat ghi maect
Ontweckt dan nu / want die nacht es verdreuen
den dach verheuen / ons salicheyt die naect
Al hebdi tot nu v leuen niet gesmaect
mer duecht gestaect / als des viants subdijt
15[regelnummer]
Ouerpeyst v leuen hoe ghyder syt aen geraect
staet op en waect / sonder langher respijt
Ouerdenckt nu uwen verlorenen tijt
Bernhardus seyt den tyt qualick ouerbracht Ga naar voetnoot18
en wordt voer gode niet cleyn gheacht
20[regelnummer]
dwelc anselmus beclagende dach en nacht
geeft ons een leere
Och dorre hout sonder vrucht of cracht
werdich te syne int vier versmacht
wat seldi segghen hoe seldij syn bedacht
25[regelnummer]
tverlangt my seere
Alsmen uwen tyt tot elcken keere
voor god den heere / ondersuecken sal
Tot eender minuten / tsy scande of eere
sydy sterck of teere / eest groot of smal
Mer ghi moecht v versien voer dit misual
30[regelnummer]
Ga naar margenoot+den tijt es al v eijghen in swerlts beurijt
Dus raedick v hier int ertsche dal
hoort myn ghescal / die onnachsaem syt
Ouerdenckt nu uwen verlorenen tijt
35[regelnummer]
Den tyt hebt altoos in v bemercken
want bernardus seijt voer leecken en clercken Ga naar voetnoot36
| |
[pagina 178]
| |
dat den tyt costelic es om ons verstercken
al eshy vertreeden
Ghebruycten dan met duechdelike wercken
40[regelnummer]
veriaecht ledicheyt / doet vrach de stercken
soe moechdi ontgaen des viants vlercken
vol der onureeden
Seneca seijt oeck tot veele steden
wij hebben beneden / ouer den tijt bestier
45[regelnummer]
Es v den tyt ontgaen doer ledicheden
in iaren voerleden / wederroepten fier
En beijt niet langher den tijt es hier
wacht voer den ghier / die doer haet en nijdt
Bemerct v leuen / thoont v den officier
50[regelnummer]
en wildi schier / weten v sonden wijt
Ouerdenckt nu uwen verlorenen tijt
Prinche
Isaijas wou uwen raet doen
seggende vanden tyde die ick mocht quaet doen
sal ic ghedenkenisse van myn missdaet doen
55[regelnummer]
Ga naar margenoot+van alle mijn jaren
Niet in genuechte dwelc mocht des viants haet doen
mer in myn ziele sal ic better saet doen Ga naar voetnoot57
van penitencien dwelc sal mij stae doen
duechdelic verwaren
60[regelnummer]
Wildi dan mensche uwen tijt verclaren
gaet tgoet vergaren / en oec tquaet versworen
Ghij selt beuinden en openbaren Ga naar voetnoot62
den tyt veruaren / onnuttelyck verloren
Dus op dat v god niet en laet versmoren
65[regelnummer]
doer synen toren / en sviants berijt
Soe seggic noch eens ghelyck te voren
vrienden vercoren / om v profyt
Ouerdenckt nu uwen verlorenen tyt
|
|