Oude ende nieuwe lof-zangen, die gemeenlyk gezongen worden op de geboorte ons heeren Jesu Christi, van kers-nagt, tot Maria Ligtmisse toe
(1740)–Johannes Stichter– AuteursrechtvrijStemme: Als 't begint.KIntjen zoet uytverkooren,
Weest gegroet nieuw gebooren,
Wist ik hoe u te noemen,
'k Zouw uw naam willen roemen,
O Kintjen, Zoeter als den Honing,
Wilt my zeggen kleynen Koning,
U naamken zoet,
O Kintjen schrijft u naamken zoet, in ons gemoet,
[O Kintjen schrijft u naamken zoet,] in ons gemoet,
U naamken zoet, in ons gemoet,
O, o, o Kintjen schrijft uw naamken zoet,
U naamken zoet, in ons gemoet.
Zuyver maget die u eeren,
Wilt ons zijn naamken leeren,
Wist ik hem te noemen,
'k Zou zijn naam willen roemen,
Iesus is hem de naam gegeven,
Lieven naam die ons doet leven,
O Iesus zoet,
O naam die verr' te boven gaat, den honingraat,
O naam die verr' te boven gaat, den honingraat,
Den honingraat,
Al verr', al verr', al verr',
O, o, o naam die allen honingraat,
Al verr', al verr', te boven gaat.
Iesu zoet uytverkooren,
Weest gegroet nieuwe gebooren,
Nu weet ik u te noemen,
'k Zal uw naam nu gaan roemen,
Maar hy moet eerst zijn geschreven,
Tot een teeken van het leven,
In ons gemoet,
O Iesu schrijft uw naamken zoet, in ons gemoet,
| |
[pagina 33]
| |
O Iesu schrijft uw naamken zoet, in ons gemoet,
In ons gemoet,
Uw naamken zoet, in ons gemoet,
O, ô, ô Iesu schrijft uw' naamken zoet,
Uw naamken zoet, in ons gemoet.
|
|