Oudeschild
(gemeente Texel)
Vissersdorp op het eiland Texel, oorspronkelijk 't Schilt geheten. Het dorp ontstond begin 17de eeuw aan de Schilsloot, vanwaar vaten drinkwater van de waterputten bij de boerderij ‘Brakestein’ met kleine boten naar de zeeschepen op de rede van Texel werden vervoerd. Aan de langgerekte De Ruyterstraat verrezen loodswoningen. De in 1780 aangelegde haven diende eerst voor de oestervisserij, later voor de mossel- en wiervisserij. Tot circa 1930 werd wier gewonnen, onder meer voor matrasvullingen. Een nieuwe, grotere haven voor de garnalenvisserij is in 1958 aangelegd en in de nabijheid hiervan heeft zich enige nijverheid gevestigd.
De
Herv. kerk (Trompstraat 60) is een zaalkerk met steunbeuren, houten geveltoren en aanbouw. Deze kerk uit 1650 kreeg in 1740 een dwarspand aan een noordzijde en bij een verbouwing in 1878 een blokbepleistering. De in 1903 na blikseminslag vernieuwde geveltoren bevat een door Jan Albert de Grave gegoten klok (1719). De kerk is gerestaureerd in 1963-'65. Tot de inventaris
Oudeschild, R.K St.-Martinuskerk
behoren een preekstoel (tweede helft 17de eeuw), een tiengebodenbord (1651, hersteld 1792) en een rouwbord (1758). De koperen kronen (1677 en 1678) zijn geschonken door Michiel Adriaansz de Ruyter en Cornelis Tromp.
De R.K. St.-Martinuskerk (De Ruyterstraat 129) is een eenbeukige kerk met driezijdig gesloten koor, dakruiter en een toren van drie geledingen. Het gepleisterde schipgedeelte stamt uit 1835. In 1894 werd het koor uitgebreid naar plannen van J.H. Tonnaer en in 1904 kreeg het schip een extra westtravee met ingebouwde toren naar ontwerp van C.L.M. Robbers. De in 1935 en in 1958 gerestaureerde kerk bevat een orgel uit 1912 en een hoofdaltaar met communiebank (1929, P. Cuypers jr.). De forse pastorie (De Ruyterstraat 128) dateert van 1890.
Woonhuizen. Voorbeelden van eenlaagse loodswoningen met een houten voorschot zijn De Ruyterstraat 45, 46, 101, 110 en 135; in opzet zouden ze uit de 18de eeuw kunnen dateren. De Ruyterstraat 85 bezit een 19de-eeuws ingezwenkt houten voorschot. Van een ingezwenkte stenen lijstgevel voorzien is Het Buurtje 5 (derde kwart 19de eeuw). De notabelenwoning De Ruyterstraat 63 werd rond 1910 gebouwd en de woonhuizen Loodssingel 1-11 zijn een voorbeeld van volkshuisvesting uit 1935.
De voorm.
wierschuur (Barentszstraat
Oudeschild, Windmolen De Traanroeier
13) is een langgerekte, vermoedelijk vroeg-20ste-eeuwse, houten schuur met inwendig een uit scheepshout samengestelde draagconstructie.
Het forse pakhuis Haven 8 kwam in 1903 tot stand als drielaags graanpakhuis voor de firma C.R. Keijser & Co., met hergebruik van midden-18de-eeuwse balken en standvinken. Bij de verbouwing tot restaurant in 1995 is de kapverdieping iets verhoogd.
Windmolen ‘De Traanroeier’ (Barentszstraat 23) is een achtkantige stellingmolen. De met riet gedekte bovenbouw van deze korenmolen is een rond 1717 gebouwde Zaanse bovenkruier, die in 1902 op een nieuwe onderbouw is geplaatst. Bij de molen staan twee laat-19de-eeuwse graanpakhuizen (Barentszstraat 21). Samen vormen ze de kern van het Maritiem & Jutters Museum. Daartoe behoort ook een 19de-eeuwse houten wierschuur (bij Barentszstraat 19) met inwendig een uit scheepshout samengestelde draagconstructie. Op het museumterrein zijn verder de walviskaakbenen opmerkelijk en de bus-abri van de T.E.S.O. (circa 1955).
Boerderijen. Rond Oudeschild liggen enkele waardevolle boerderijen. Tot de 18de-eeuwse voorbeelden behoren de stolpboerderijen Doolhof 4, met kort voorhuis, en Zuid Haffel (Waterweg 2), met lang uitgebouwd voorhuis. De stolphoeve Doolhof 3 dateert uit 1847. Een houten voorschot heeft het voorhuis van de stolphoeve De Ruyterstraat 130 (circa 1880).