Kolhorn
(gemeente Niedorp)
Dorp, ontstaan in de 14de eeuw aan de binnenzijde van de Westfriese Omringdijk, die hier een scherpe bocht maakt (‘horn’ betekent hoek). De Hoogsloot mondde hier in de Zuiderzee uit en dit maakte Kolhorn vanaf het eind van de 16de eeuw tot een voorhaven van Schagen. In de 18de eeuw waren de visserij (wier, ansjovis) en de overslag van turf de belangrijkste bestaansbronnen. In 1788 brandde het dorp af. Een zeesluis in de Hoogsloot kwam in 1844 gereed. Sinds de inpoldering van de Waard- en Groetpolder (1844-'47) speelt de visserij een geringere rol. In 1936 en in 1941 zijn de in het Kolhornerdiep uitmondende kanalen vanaf Schagen en Alkmaar voltooid. Na de oorlog is het beschermde
Kolhorn, Herv. kerk en woonhuizen Oude Streek
gezicht Kolhorn aan de westzijde enigszins uitgebreid.
De Herv. kerk (Kerkepad 3) is een eenbeukige kerk met driezijdig gesloten koor en een slanke toren van drie geledingen met houten balustrade en naaldspits. Deze in opzet 15de-eeuwse kerk kreeg in 1648 een noordtransept. Nadat de kerk in 1788 was uitgebrand, volgde herstel in 1791-'92. De vermoedelijk midden-19de-eeuwse toren bevat een door Willem Butendiic gegoten klok (1418) en heeft rond 1910 de huidige spits gekregen. De consistoriekamer is uit 1899. Tot de inventaris van deze in 1975 gerestaureerde kerk behoren een scheepsmodel (1782) en een koperen doopboog en doopbekkenhouder (1792). Het uit circa 1725 daterende orgel werd verbouwd in 1810 (J.M. Gerstenhauer) én bij de overplaatsing van de Luth. kerk in Purmerend naar Kolhorn (1892).
De Doopsgez. kerk ‘Eben Haezer’ (Westfriesedijk 110) is een sobere, wit gepleisterde zaalkerk uit 1887 met portaal.
Woonhuizen. Aan de Oude Streek staan overwegend laat-18de-eeuwse of 19de-eeuwse visserswoningen met gepleisterde begane grond en een houten voorschot met luik, zoals
Oude Streek 30,
42,
46 en
48. Vergelijkbare visserswoningen zijn
Keern 1 en
Westfriesedijk 72a (circa 1840). De huizen aan de Nieuwe Streek hebben alle een overtuin aan de waterkant. Voorbeelden van diepe huizen met een houten voorschot
Kolhorn, Boerderij Westfriesedijk 166
zijn hier
Nieuwe Streek 8 (circa 1800),
28,
32 en
58. Midden-19de-eeuws zijn de dwarse eenlaagspanden
Nieuwe Streek 20-24. De aan een voortuin terugliggende eclectische notabelenwoning
Nieuwe Streek 54 met flauw hellend dak werd rond 1870 gebouwd.
Horeca. Volgens een opschrift gaat café De Roode Leeuw (Westfriesedijk 72) terug tot 1620, maar in de huidige vorm is het een dwars dijkhuis uit de tweede helft van de 19de eeuw met middengang en brede houten dakerker (gerestaureerd 1989). Café Schippers Welvaren (Nieuwe Streek 64) is een tweelaags dwars pand uit circa 1860.
De turfschuren tegen de Westfriesedijk (bij nr. 66) zijn zwart geteerde houten schuren uit de 19de eeuw voor de opslag van turf afkomstig uit Overijssel.
Boerderijen. De fraaie stolpboerderij Westfriesedijk 166 (circa 1840) heeft een symmetrische ingedeelde voorgevel met houten halsgevel en twee omlijste voordeuren. In 1860 gebouwd is de stolpboerderij Kreil 30 met spiegel en versierde schoorsteen.
Gemalen. Van het voorm. gemaal Molenkade 31 ten zuiden van Kolhorn resteert slechts het machinehuis (circa 1900). Uit 1908 dateert het voorm. gemaal Kaag (Hemmerweg 5) ten westen van Kolhorn. Het gemaal Schagerkogge (Westfriesdijk 68) werd in 1927