Monumenten in Nederland. Zuid-Holland
(2004)–Sabine Broekhoven, Saskia van Ginkel-Meester, Chris Kolman, Ronald Rommes, Elisabeth Stades-Vischer, Ronald Stenvert– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 168]
| |
Geervliet, Stadhuis (1991)
inliep (Kerkstraat) verrees in 1307 de kerk. In 1381 kreeg Geervliet stadsrechten van de heer van Putten, wiens kasteel Hof van Putten ten zuiden van de kerk lag (gesloopt 1819). De bescheiden stad met drie poorten ontleende haar belang aan een scheepstol op de Bernisse (eerste vermelding 1195), maar daaraan kwam een einde door de verlanding van de Bernisse. Een toldam met brug richting Heenvliet kwam in 1602 gereed. In 1743 had Geervliet te lijden van een stadsbrand. Nijverheid kreeg het dorp met het in 1702 gestichte gruttersbedrijf J. Trouw, waarvan de gebouwen inmiddels zijn gesloopt. De haven werd in 1930 opgeheven. Na de Tweede Wereldoorlog is het dorp aan de noordzijde uitgebreid. Geervliet is een beschermd gezicht. De Herv. kerk (Kerkplein 7), oorspronkelijk gewijd aan de O.L. Vrouwe, is een driebeukige kerk met een diep, driezijdig gesloten koor, zuidtransept en een toren van twee geledingen met houten lantaarn en ingesnoerde naaldspits. Kort nadat Nicolaas van Putten in 1307 een kapittel had gesticht, bouwde men een nieuw koor tegen het bestaande 13de-eeuws schip. Van dit koor resteert nog een deel van de zuidwand. In de eerste helft van de 15de eeuw verrees de (onvoltooide) toren, voorzien van gotische spitsboognissen bij de tweede geleding. Na een blikseminslag kreeg de toren in 1731-'32 de huidige bekroning naar ontwerp van Govert van der Linde. Het huidige laat-gotische driebeukige schip met zuidtransept kwam rond 1515-'17 (d) tot stand. Koor en sacristie werden in 1536 (d) vernieuwd. De kerk is gerestaureerd in 1936-'37, onder leiding van J.W. Janzen, en in 1980. Bij de torenrestauratie in 1961-'62 heeft men ook de aanbouwsels bij de torenvoet vernieuwd. Het interieur wordt gedekt door een houten tongewelf met een in 1936-'37 vernieuwd gewelfbeschot. De bij die restauratie ontpleisterde zuilen hebben basementen en koolbladkapitelen van zandsteen en schachten van Ledesteen. In het koor staat het - oorspronkelijk vrijstaande - zwart marmeren gotische praalgraf voor Nicolaas van Putten († 1311) en zijn vrouw Aleijdis van Strijen († 1316), die beide als liggende figuren op de graftombe zijn uitgebeeld (gerestaureerd 1961). Tot de inventaris behoren verder een vroeg-renaissancistisch koorhek (circa 1540), drie maniëristische tekstborden (1599), een preekstoel (1641), een dooptuin met koperen doopbogen (1758) en een uit de Geertekerk te Utrecht afkomstig orgel van C.G.F. Witte (1874; hier geplaatst 1985). Op het kerkhof ligt onder meer de forse grafzerk voor J.D. Preuyt († 1887). Het voorm. stadhuis (Kaaistraat 2) is een gebouw met souterrain, bel-etage,
Geervliet, Openbare lagere school St.-Anthonieplein
in- en uitgezwenkte geveltop en een bordes met eenzijdige bordestrap. Het achterste en oudste gedeelte is een in 1346 door Beatrijs van Putten gestichte gasthuiskapel. Begin 16de eeuw ging die kapel tevens dienen als stadhuis en vergaderruimte voor het hoogheemraadschap ‘De Ring van Putten’. Hiertoe voorzag men het gebouw in 1633 van een verdieping en kreeg het hoogheemraadschap aan de achterzijde een gemeenlandskamer met eigen bordestrap. Het maniëristische hardstenen poortje met Justitiabeeld aan de voorzijde dateert evenals het eenvoudiger poortje bij het souterrain uit 1633. Het bordes stamt uit 1753, toen ook de gevel werd opgeknapt; deze werd in 1823 opnieuw beklampt. Bij de restauratie in 1964-'66 onder leiding van Ph.J.W.C. Bolt is de huidige koepeltoren in 17de-eeuwse trant toegevoegd. Het interieur bevat een schoorsteenmantel in Lodewijk XV-stijl (1786), alsmede enkele wapenborden (1642 en 1768) en justitievoorstellingen (1699 en 1734) afkomstig van de vierschaar in de in 1819 gesloopte Hof van Putten. Scholen. Uit 1849 dateert de voorm. openbare lagere school St.-Anthonieplein 1, een tweebeukig pand met in de voorste beuk twee lokalen en in de achterste beuk een onderwijzerswoning. De voorm. openbare lagere school Schoolstraat 2 werd in 1882 gebouwd als een drieklassige gangschool met neoclassicistische details. Woonhuizen. Het midden-16de-eeuwse eenlaagspand Landswerf (Landswerf 2) is uit secundair verwerkte laat-middeleeuwse baksteen opgetrok- | |
[pagina 169]
| |
ken. Het diende mogelijk eerst als kanunnikenwoningen, later als boerderij en werd in 1871 verbouwd tot woningen (gerestaureerd 1978). Een oude, mogelijk 16de-eeuwse, kern hebben ook de huizen Kaaistraat 6-10. In opzet 18de-eeuws zijn het dwarse huis Visserszijde 7 en het tweelaagspand Kerkstraat 8 met omlijste ingang. Kerkstraat 10 en 12 zijn kleine vroeg-19de-eeuwse dwarse eenlaags woningen. Iets rijker is Kerkstraat 7 (circa 1850) met omlijste ingang. In 1857 gebouwd als rentenierswoning voor S. Swaneveld is het neoclassicistische eenlaags middenganghuis Swaanenburg (Burg. Van der Minnelaan 12) met omlijste ingang. Andere voorbeelden van middenganghuizen zijn Landpoortstraat 10 en het tweebeukige huis Landpoortstraat 1 (beide circa 1875). De gepleisterde notabelenwoning Tolstraat 2-4, een tweebeukig eenlaagspand met aangebouwd kantoor, en het bijbehorende koetshuis (Tolstraat 9) aan de overzijde van de straat dateren beide uit circa 1890. Een fraai voorbeeld van een eenlaagshuis in neorenaissancestijl met dakerker is Burg. Van der Minnelaan 3 (1901). Rationalistische details vertoont het woon- en winkelpand Kerkstraat 18 (circa 1910). Het met ‘Um 1800’-details uitgevoerde tweelaags herenhuis Visserszijde 1 kwam in 1914 tot stand in opdracht van J. Trouw. De villa Groene Kruisweg 1 (circa 1935) is ontworpen met zakelijkexpressionistische details. Boerderijen. Van de zijlangsdeelboerderij Dammestee (Ringdijk 12) stamt het dwars geplaatste woongedeelte uit de tweede helft van de 17de eeuw. Het schuurgedeelte draagt boven de deeldeuren het jaartal 1777. Op het erf staan een houten schuur en een schaapskooi. De boerderij Burg. Van der Minnelaan 5, met tweebeukige schuur en afluiving, dateert uit de tweede helft van de 18de eeuw. De langgerekte gepotdekselde houten veeschuur Schoolstraat 7 is 19de-eeuws. Windmolen ‘De Bernisse Molen’ (Spuikade 1) is een ronde stellingmolen met een met dakleer beklede kap. Deze in 1851 op de plaats van een oude waltoren gebouwde korenmolen is in 1984 gerestaureerd. De hardstenen grenspaal bij Visserszijde 20 dateert uit circa 1800 en geeft de scheiding aan tussen ‘Putten’ en ‘Bernisse’. De muziektent (bij Burg. Van der Minnelaan 3), gebouwd rond 1960 volgens het ‘bühne-model’ met gesloten achterwand, staat ter plaatse van een voorganger uit 1923. De Isr. begraafplaats (bij Spuikade 13) werd gesticht in 1781 en was in gebruik tot 1940. Van de ruim vijftig grafstenen dateert de oudste uit 1882. |
|