Ruinerwold, Boerderij Haakswold 8 met ouderwoning Haakswold 10
in de woonkeuken en opkamer. De boerderij
Dokter Larijweg 124 heeft in het interieur betegelde wanden, een schouw en een houten beddenschot. Deze boerderij met langsdeel heeft verder een melkkelder, een opkamer, een aangebouwd jonger bakhuisje en hooischuur. Andere voorbeelden met een 18de-eeuwse oorsprong zijn
Dokter Larijweg 121, met dwarsdeel en zijbaander,
Dokter Larijweg 58 (circa 1790) en
Dokter Larijweg 134 (1794), met een ouderwoning uit circa 1880.
Groot is het aantal 19de-eeuwe hallenhuisboerderijen in Ruinerwold en de verschillende buurtschappen. De meeste zijn opgezet met een dwarsdeel. Voorbeelden uit de eerste helft van de 19de eeuw zijn Dokter Larijweg 86 (circa 1820), met kelder, Buitenhuizerweg 10, met dwars voorhuis uit 1830, en Dokter Larijweg 165 (circa 1840). Met twee dwarsdelen uitgevoerd zijn Dokter Larijweg 166 (circa 1860), Wolddijk 1 (circa 1880) en Oosteinde 34 (circa 1880). Een hoekbaander hebben de boerderijen Dokter Larijweg 163 (1868) en Oosteinde 18 (circa 1880). Enkele boerderijen bezitten een dubbel woongedeelte of voorhuis, zoals Dokter Larijweg 41 (circa 1870) en De Groenenberg (Haakswold 47) (circa 1875); beide tevens met bijschuur en bakhuis. Een aangebouwde ouderwoning heeft de boerderij Dijkhuizen 27 (circa 1870). De ouderwoningen bij Wolddijk 17 en Oosteinde 52-54 (circa 1870) dateren uit circa 1890, die van Boerpad 8-9 (circa 1850) is rond 1900 toegevoegd. Van een ingezwenkte lijstgevel voorzien zijn de hallenhuisboerderijen Dokter Larijweg 154 (circa 1885), Oosteinde 6 (circa 1890) en Wolddijk 66-68 (circa 1890). Als krimpenboerderij met ingezwenkte lijstgevel uitgevoerd zijn Dijkhuizen 119 (1867), met dubbel woonhuis, Buitenhuizerweg 11 (circa 1870) en Wolddijk 12 (circa 1890), met omlijste ingang. Vroeg-20ste-eeuwse hallenhuisboerderijen zijn Wolddijk 20 (circa 1905), met ouderwoning, Wolddijk 22 (circa 1910), met twee dwarsdelen, en Dijkhuizen 111 (1911) met jugendstil-details in het woongedeelte.
Kenmerkend is ook de groep hallenhuisboerderijen met eenlaags dwars voorhuis met schilddak. Het voorhuis is vaak voorzien van een omlijste ingang, zoals bijvoorbeeld bij
Dijkhuizen 6 (1860), en een bakstenen dakkapel, zoals bij
Dokter Larijweg 133 (1867) en de boerderij
Kostverloren (Dijkhuizen 74; circa 1880). Voorbeelden van rond 1890 met bakstenen dakkapel zijn:
Dijkhuizen 76-78,
Haakswold 13 (met serre) en
Haakswold 25. Een aangebouwde ouderwoning hebben onder meer
Dokter Larijweg 47-48 (circa 1890),
Docter Larijweg 84-85 (circa 1890) en
Oosteinde 68-70 (circa 1900). Bij enkele rond 1900 opgetrokken dwarse voorhuizen valt de toepassing van (hoek)pilasters op, zoals bij
Wolddijk 4,
Haakswold 23 en
Dijkhuizen 110; de laatste twee - en ook het voorhuis van
Haakswold 27 -
Ruinerwold, Boerderij Haakswold 17
hebben een tot dakkapel opgetrokken middengedeelte. Jongere voorbeelden zijn
Dijkhuizen 72 en
Dijkhuizen 117, beide uit circa 1905 en met een bakstenen dakkapel, en
Oosteinde 8 (circa 1900) en
Dijkhuizen 55 (1909), beide met een hoger opgetrokken middengedeelte.
Dat Ruinerwold rond 1900 een van de rijkste landbouwgebieden van Drenthe was, komt tot uiting bij een aantal rijker uitgevoerde boerderijen, met name in de buurtschappen Haakswold en Dijkhuizen. Enerzijds is er de groep herenboerderijen met dwars eenlaags voorhuis. Rijk gedetailleerd met neoclassicistische elementen is het voorhuis van Haakswold 8 uit 1894. Ernaast staat een bijzondere ouderwoning (Haakswold 10) in de vorm van een Chinees paviljoen, gebouwd rond 1924 door aannemer Klaas Smilde op basis van voorbeelden zoals deze in 1924 op de Koloniale Tentoonstelling in Parijs te zien waren. In neorenaissance-stijl ontworpen is het voorhuis van Haakswold 12-14 (circa 1900), dat een tot topgevel opgetrokken middenrisaliet heeft en een dakbedekking met Lucas IJsbrandspannen. Een vrijwel identieke vormgeving vertoont het voorhuis van de boerderij Dijkhuizen 107 (1905). Het voorhuis van de boerderij Haakswold 29 (1901) is door H. Witzand ontworpen met neorenaissance- en chaletstijlinvloeden. Anderzijds is er de groep herenboerderijen met villa-achtig voorhuis. Zo liet R. Derks in 1892-'93 naar een ontwerp van P. Janzen de boerderij