West-Terschelling, Wachtlokaal ‘Het Wakend Oog’
is symmetrisch geplaatst. Goede voorbeelden van Schellinger commandeurshuizen zijn de gaaf bewaard gebleven panden
Commandeurstraat 30-32, nu in gebruik als museum ‘'t Behouden Huys’. De in 1668 gebouwde huizen bevatten 17de-eeuwse bedstedenwanden en 18de-eeuwse tegeltableaus.
Voor het museum staan twee Schellinger stoeppalen. Deze ter beëindiging van een stoepbank aangebrachte, maniëristisch bewerkte, palen komen op Terschelling voor in drie typen, waarbij de ionische krul en het ‘Vlaamse wortelmotief’ een belangrijke rol spelen. Een wapenschild op de kop staat voor een mannelijke bewoner, een ruitvorm voor een vrouwelijke. Dergelijke stoeppalen staan ook bijvoorbeeld voor de huizen Commandeurstraat 23 en 35.
Goede voorbeelden van huizen met trapgevels zijn Commandeurstraat 14 (1669), Torenstraat 52 (1669), Torenstraat 7 (1670), Commandeurstraat 12 (1671), Torenstraat 25, Molenstraat 24 en Westerbuurtstraat 25. De trapgevel van Burg. Mentzstraat 7-9 uit 1617 (voor het huis staan stoeppalen) heeft een opvallende ruitvormige omlijsting van het zoldervenster in siermetselwerk; een detail dat ook te vinden is bij de puntgevel van De Ruyterstraat 9. De gepleisterde trapgevels van Burg. Mentzstraat 19 en Torenstraat 41 zijn later verbouwd. Eenvoudiger, en mogelijk met oudere kern, zijn de van puntgevels voorziene panden Molenstraat 14 (verbouwd 1788), Molenstraat 16, De Ruyterstraat 7 en Torenstraat 10-12. Een 18de-eeuwse of vroeg-19de-eeuwse klokgevel, mogelijk voor een oudere kern, hebben Burg. Reedekerstraat 9, Molenstraat 8, Torenstraat 33, Torenstraat 40 en Commandeurstraat 8. Ook de dwarse huizen Burg. Mentzstraat 15 en W. Barentszstraat 19 hebben mogelijk een 18de-eeuwse kern.
Simpele neoclassicistische details hebben de huizen
Burg. Mentzstraat 51-53 (circa 1855) en de tweelaags pastorie
Torenstraat 38 (circa 1880). Een ingezwenkte lijstgevel hebben het diepe huis
Commandeurstraat 1, waarvan het voorhuis uit 1859 dateert en het achterhuis uit 1884, en
Commandeurstraat 46 en
38 (circa 1895). De rond 1909 gebouwde panden
Havenstraat 5 en
Torenstraat 37 vertonen neorenaissance-details. Vroeg-20ste-eeuws zijn de arbeiderswoningen
W. Barentszstraat 23 (1903) en
Brandarisstraat 1-21 (circa 1906). De woningbouwvereniging ‘Pierre Louis’ liet in 1909 aan de
Burg. Eschauzierstraat twee typen arbeiderswoningen met rationalistische details bouwen. Het complex kreeg in 1920 een uitbreiding, gebouwd in een derde type. De in 1919 op een duin gebouwde burgemeesterswoning
Burg. Van Heusdenweg 17 is uitgevoerd in expressionistische vormen. Expressionistische details hebben de panden
Havenstraat 7 (circa 1922),
Torenstraat 35 (1934) en
Molenstraat 15 (circa 1934). Burgermanswoningen uit die tijd zijn
W. Barentszkade 27-29 en
Burg. Reedekerstraat 37-39. Voor het
West-Terschelling, Reddingsboothuis
rond 1950 in traditionalistische vormen gebouwde huis
Piet Hein (W. Barentszkade 25) staan twee Schellinger stoeppalen uit 1611.
Het voorm. wachtlokaal (Torenstraat 2) is een eenlaagspand met eclectische en neorenaissance-details, gebouwd in 1882 voor de schippersvereniging ‘Het Wakend Oog’ naar plannen van M. Daalder. Het is in 1991 gerestaureerd en tot koffiehuis ingericht.
Het voorm. reddingsboothuis (W. Barentszkade ong.) is een in vakwerk en chaletstijl uitgevoerd gebouw uit 1904. Het stond oorspronkelijk in het water van De Kom, ten zuidwesten van de haven, en is nu in gebruik bij de duikersvereniging van het eiland.
Begraafplaatsen. De
oude Alg. begraafplaats ‘Achter de Toren’ (bij Schoolstraat 24), gesticht in 1829, heeft een baarhuisje uit circa 1900. Interessant zijn: de grafsteen voor Trijntje Pietersz († 1786), het graf met postament voor burgemeester P. Eschauzier († 1837) en dat met cippus voor burgemeester A.B. Mentz († 1887). Ontroerend is een grafsteen
West-Terschelling, Droogloods