Putten, Huis Oldenaller
bepleistering is rond 1970 verwijderd. Het interieur bevat uit de bouwtijd een eiken bordestrap met forse balusters en uit later tijd een Lodewijk XV-schouw (in de salon) en stucwerk in empire-stijl in de hal.
Het voorplein wordt geflankeerd door bouwhuizen uit circa 1850. De midden-19de-eeuwse landschappelijke parkaanleg met waterpartijen is ontworpen door K.G. Zocher. Uit die tijd is ook de houten duiventoren op palen. Aan het begin van de oprijlaan staan twee bakstenen hekpijlers met Lodewijk XIV-siervazen en het voorm. jagershuis (Nijkerkerstraat 66). Verder is er nog de 18de-eeuwse dienstwoning Oldenallerallee 1 met lage verdieping en schilddak.
Op het landgoed liggen enkele interessante boerderijen. Uit de 17de eeuw stamt de boerderij Oldenallerallee 5, waarvan de voorgevel begin 19de eeuw is veranderd. Op het erf bevinden zich drie roedenbergen. Vroeg-19de-eeuws is de boerderij Waterweg 1 met gepleisterde voorgevel en op het erf een bakhuis. Laat-19de-eeuws is de boerderij ‘Aller’ (Diermenseweg 3) met bakhuis, schuur en schaapskooi.
Overige buitenplaatsen. De kern van de buitenplaats Vanenburg (Vanenburgerallee 13) wordt gevormd door een gepleisterd eclectisch buitenhuis, gebouwd in 1870 in opdracht van F. van Aylva van Pallandt. De voorgevel heeft een driezijdig uitgebouwde middenpartij met attiek en ijzeren veranda. Aan weerszijden van de middenpartij wordt de gevel bekroond door balustrades met siervazen. In het interieur zijn - met van elders afkomstige onderdelen - vertrekken in neo-Lodewijk XIV-stijl ingericht. Aan weerszijden van het voorplein staan eenvoudige, gepleisterde bouwhuizen uit circa 1870. Eén ervan diende oorspronkelijk als oranjerie. Ten noorden van het huis staan een tweede oranjerie (1891) en een boerderij die waarschijnlijk uit dezelfde tijd stamt. Verder zijn er de gepleisterde tuinmanswoning (Vanenburgerallee 7) uit 1870 en een kruisvormige eenlaags dienstwoning (Vanenburgerallee 14) uit circa 1910. De buitenplaats heeft een 17de-eeuws geometrische grachten- en lanenstelsel en ten westen van het landhuis een laat-18de-eeuwse landschappelijke aanleg.
Het ontginningslandgoed Groot Spriel (Garderenseweg 146) bezit een stervormig lanenpatroon en in het middelpunt een landhuis met mansardedak, zware hoektoren, traptoren en erkers. Het rijk gedecoreerde landhuis verrees in 1880 voor oud-planter Blokhuis in de stijl van de vroege Franse renaissance. Naar ontwerp van L.A. van Essen zijn in 1905 de traptoren en de forse hoektoren met een hoog afgeknot tentdak met balustrade toegevoegd. Het na een brand in 1988 herstelde huis bevat interieurs in neorenaissance-stijl. Nabij het huis staat een koetshuis met mansardedak in neorenaissance-stijl (circa 1880).
De buitenplaats Bijstijn (Nijkerkerweg 35) heeft een landhuis bestaande uit twee evenwijdige vleugels met zadeldaken tussen trapgevels en een dwars tussenlid. Het huidige gebouw in ‘Um 1800’-stijl kwam in 1927 tot stand toen M.L. van Geen aan het bestaande gepleisterde landhuis, waarvan de kern nog uit de 17de eeuw dateert, een tweede vleugel toevoegde, waardoor het een symmetrische opzet kreeg. Het nabijgelegen koetshuis is mogelijk 19de-eeuws. Het geheel ligt in een 19de-eeuws landschapspark.
Het landgoed Schovenhorst (Garderenseweg 93) is in 1848 door J.H. Schober gesticht door bebossing van heidevelden. De kern wordt gevormd door het rond 1850 gebouwde landhuis ‘Klein Schovenhorst’, een eenlaags gebouw in chaletstijl dat later enigszins is verbouwd. Erbij horen enkele bedrijfsgebouwen en een pinetum uit 1848 en 1901. Elders op het landgoed staat de gepleisterde eclectische villa ‘Groot Schovenhorst’ (Garderenseweg 142) uit 1876, eveneens gebouwd in opdracht van J.H. Schober. De villa heeft een authentiek interieur.
Boerderijen. Rond Putten liggen verschillende interessante hallenhuisboerderijen, vooral zuidwestelijk van het dorp op het landgoed Hell. De begin 19de eeuw ingrijpend verbouwde boerderij Groot Hell (Hellerweg 8), met gepleisterde voorgevel, heeft een kern uit 1603. Op het erf staan een aantal schuren, roedenbergen en een schaapskooi, voornamelijk uit de 19de eeuw. De in oorsprong eveneens 17de-eeuwse boerderij Putterbrink 1 is in het tweede kwart van de 19de eeuw gewijzigd; de achtergevel en het bakhuis zijn laat-19de-eeuws. Van de uit 1783 daterende boerderij De Keut (Huddingweg 18) is de deel in 1884 vernieuwd. Bij de 18de-eeuwse boerderij Grote Roest (Beekweg 13) gebeurde dat in 1906. Gaaf bewaard is het woongedeelte van Donkeresteeg 12. De voorgevel van de oorspronkelijk 18de-eeuwse boerderij Oud Rookhuizen (Donkeresteeg 13) heeft een vroeg-19de-eeuws karakter. De deel is herbouwd in 1892. Op het erf staan schuren, een groep roedenbergen en een bakhuis. Vroeg-19de-eeuws zijn De Renselaar (Beulekampersteeg 54) met dwars voorhuis en de kleine boerderij Zuiderveldweg 2. De boerderij Putterbrink 2 stamt waarschijnlijk uit het tweede kwart van de 19de eeuw. Midden-19de-eeuws is het dwarse voorhuis van de boerderij Veldhoef (Veldhoefweg 5). De uit circa 1860 daterende boerderij Klein Boeyen (Beulenkampersteeg 43), met een schuur uit dezelfde tijd, heeft een gaaf bewaard gebleven interieur. Een aangebouwde zijkamer heeft de boerderij Postweg 2 uit 1868. De kleine boerderij Kiefveldersteeg 11 is rond 1900 gebouwd. Knapzaksteeg 17 is een vroeg-20ste-eeuwse hallenhuisboerderij met zomerwoning, beide met geschulpte windveren. Het Puttergemaal (Arlersteeg 32), gelegen ten westen van
Putten, is een