Alberda, een groot aantal gebeeldhouwde zerken waarvan de oudste uit 1560 dateert, en een 17de-eeuwse grafkelder voor de bewoners van de Menkemaborg.
De R.K. kerk St. Jacobus de Meerdere (Hoofdstraat West 85) is een driebeukige neogotische kruisbasiliek met een ingebouwde westtoren voorzien van hoektorentjes en spits, gebouwd in 1858-'61 naar ontwerp van J.F. Scheepers. De toren bevat de kerkingang met daarboven een groot spitsboogvenster. Het interieur wordt overdekt door kruisribgewelven, waarvan de gewelfribben in 1992 rood zijn geschilderd. De zware pijlers zijn in 1957 vervangen door ijzeren kolommen. Tot de inventaris behoren een zandstenen Golgotha-tafereel (omstreeks 1550), kruiswegstaties gemaakt door atelier E.H. de Fernelmont (omstreeks 1890) en een door M. Maarschalkerweerd gebouwd orgel (1907). In 1870 leverde H. Geuer de beglazing, in 1907 uitgebreid met een gebrandschilderd raam gemaakt door atelier F. Nicolas.
Achter de kerk ligt het kerkhof met een rouwkapel (Hoofdstraat West 87) in neogotische vormen, gebouwd in 1890 naar plannen van P.K. Nienhuis. Naast de kerk staat de pastorie (Hoofdstraat West 83) uit 1864, met neogotische invloeden en een tot trapgevel verhoogd middendeel waarin zich onder een spitsboog de ingang bevindt. De voorm. kosterswoning (Hoofdstraat West 81) is een eenlaags pand met afgewolfd schilddak uit omstreeks 1900.
De
Geref. kerk (Hoofdstraat Oost 18) is een T-vormige kerk met geveltoren voorzien van koepelvormige spits. In 1866 verrees een driezijdig gesloten zaalkerk
Uithuizen, R.K. kerk St. Jacobus de Meerdere, pastorie
Uithuizen, Doopsgez. kerk
naar ontwerp van P.E. Marema. De voorgevel heeft een klimmend fries, gepleisterde vensteromlijstingen en pilasters, en een gedenksteen met het bouwjaar. De geveltoren werd in 1892 toegevoegd naar plannen van T.R. Huizinga. Naar plannen van Y. van der Veen voegde men in 1905 een zijvleugel toe, zodat een T-vormige plattegrond ontstond. Ook de venstervormen aan weerszijden van de ingang dateren uit 1905. De kerk bevat een orgel uit 1907.
De Doopsgez. kerk (Mennonietenkerkstraat 12) is een uit 1868 daterende, driezijdig gesloten zaalkerk met rondboogvensters voorzien van gietijzeren traceringen en aan de voorzijde een gepleisterde schoudergevel. Tot de inventaris behoren een neoclassicistische preekstoel (eerste helft 19de eeuw) en een orgel uit 1916.
Raadhuizen. Het voorm. raadhuis Hoofdstraat Oost 16 is een eenvoudig blokvormig pand uit 1864, thans hotel ‘Het Gemeentehuis’. Het huidige raadhuis Hoofdstraat West 1 kwam in 1909 tot stand naar ontwerp van A.L. van Wissen. De afgeschuinde hoekpartij wordt geaccentueerd door een torenopbouw met aan weerszijden een lagere topgevel.
Het voorm. postkantoor (Hoofdstraat West 11), met een iets risalerend middendeel en afgeknot schilddak, dateert uit 1885. De vensters en de deur zijn voorzien van wenkbrauwen.
Scholen. De volgens een gedenksteen uit 1822 daterende voorm. openbare lagere school (Hoofdstraat Oost 1) is een vroeg voorbeeld van een vrijstaand schoolgebouw zonder aangebouwde onderwijzerswoning. Het langgerekte gebouw heeft een afgewolfd zadeldak en spitsboogvensters. De voorm. MULO (bij Oosterstationsstraat 20) is een uit 1897 daterend tweeklassig schoolgebouw met verhoogd middendeel, voorzien van enige baksteendecoratie en hoge getoogde vensters. De ernaast gelegen voorm. onderwijzerswoning (Oosterstationsstraat 20) heeft dezelfde vormgeving.
De Menkemaborg (Menkemaweg 2) bestaat uit drie evenwijdige bouwdelen met zadeldaken tussen topgevels. De borg wordt omgeven door een gracht, een tuin en een tweede gracht. De huidige vorm is het resultaat van een aantal bouwfasen. Tot 1400 was het een eenvoudig rechthoekig huis met weerbaar karakter, gesitueerd ter plaatse van het huidige achterste bouwdeel, maar dan iets korter. Volgens een gevelsteen werd deze borg in 1400 verwoest. Alleen de kelders van de oudste fase resteren nog. Het opgaand werk van het achterste bouwdeel is waarschijnlijk grotendeels uit de tweede helft van de 16de eeuw. Bij een ingrijpende verbouwing en uitbreiding in 1614 ontstond een U-vormige plattegrond. De voorzijde van de borg - de open zijde van de U-vorm - lag aan de noordoostzijde, de huidige linkerzijde. In een van de hoeken op de binnenplaats bevond zich een traptoren. Kort na de aankoop van de borg door Mello Alberda in 1682 werd de binnenplaats volgebouwd en het muurwerk van de zuidhoek nieuw opgetrokken.
Rond 1700 werd naar ontwerp van Allert Meijer een ingrijpende verbouwing van huis en tuin uitgevoerd. In opdracht van Unico Allart Alberda van Menkema en Everdina Cornera van Berum vond een rigoureuze wijziging van de oriëntatie en de interne indeling van de borg plaats, doordat de ingang verplaatst werd naar een zijgevel, de huidige voorzijde. Daar ontstond door beklamping een nieuwe voorgevel. Op het gelijktijdig aangelegde voorterrein verrezen twee kleine, vrijstaande hoektorens met een koepelvormig dak. Aan het eind van de 18de eeuw heeft men een groot aantal vensters met stenen kalf vervangen door schuifvensters.
Rond 1700 kreeg het interieur de nog bestaande indeling, met in het verlengde van de oprijlaan een brede gang met aan weerszijden vertrekken. Aan het eind van de gang heeft men zicht op de tuin. Een