Leek
(gemeente Leek)
Dorp, ontstaan in de 16de en 17de eeuw in een veenachtige omgeving. De familie Van Ewsum stichtte omstreeks 1524 de borg De Nienoord en ontplooide verveningsactiviteiten in het gebied. Bij de brug over het in 1558-'59 gegraven Leekster Hoofddiep en langs de stroom de Leecke ontstond waarschijnlijk een kleine nederzetting met haven. De strategisch gelegen monding van het Hoofddiep werd in 1592 voorzien van een schans. In 1660 liet Anna van Ewsum een kerk bouwen binnen de schans, waar vooral zeer eenvoudige huizen stonden. De vestingstructuur heeft tot in de 19de eeuw het ruimtelijk beeld van het dorp Leek bepaald. Sinds het midden van die eeuw is Leek naar het westen uitgebreid. Bij de uitbreidingen na de Tweede Wereldoorlog is het oudere dorp Tolbert - een in de middeleeuwen ontstane, lintvormige agrarische nederzetting - opgenomen in de bebouwing. De haven van Leek is recentelijk gedempt.
De
Herv. kerk (Hoofdstraat 48, Tolbert) is een eenbeukige zaalkerk met smaller, recht gesloten koor en een ongelede toren met zadeldak. Het koor stamt uit de eerste helft van de 13de eeuw en heeft een eenvoudige topgevel met romaanse
Leek, Herv. kerk (Tolbert) (1993)
vensternissen. Ook het onderste deel van de rijzige toren stamt uit die tijd. In de rond 1600 verhoogde toren hangt een klok uit 1660, gegoten door J. Balthasar. Het oorspronkelijk overwelfde schip kwam in de 14de eeuw tot stand. Inwendig is het koor door een muur met een smalle doorgang van het schip gescheiden. Tot de kerkinventaris behoren drie eenvoudige 18de-eeuwse banken en een door P. van Oeckelen gebouwd orgel uit 1857. De kerk ligt op een ruim kerkhof. De pastorie (Hoofdstraat 63) werd in 1899 gebouwd in neorenaissance-stijl.
De
Herv. kerk (De Dam 44, Leek) is een gepleisterde, recht gesloten zaalkerk met schilddak en dakruiter. De in 1660 in opdracht van Anna van Ewsum gestichte kerk werd in 1742 verbouwd. De dakruiter is gesierd met een windvaan voorzien van de wapens van de familie Van Ewsum. In 1930 breidde men de
Leek, De Nienoord, toegangspoort (1974)
kerk naar het westen uit met een lagere, gepleisterde vleugel. Tot de inventaris behoren een preekstoel (1752), een bijpassend doophek - eveneens met Lodewijk XIV- en XV-motieven - en een door de gebroeders Van Oeckelen gebouwd orgel (1915).
Het omgrachte huis De Nienoord (Nienoord 1) ligt in een uitgestrekt landgoed met park. De kern van het gepleisterde huis op L-vormige plattegrond wordt gevormd door een omstreeks 1524 in opdracht van Wigbold van Ewsum gebouwde borg. Anna van Ewsum liet de borg in de jaren zeventig van de 17de eeuw ingrijpend verbouwen. Na een brand in 1884 werd de borg in 1885-'86 herbouwd naar plannen van A.R. Kramer en J.W. Maris in opdracht van jhr. mr. J.A.E.A. van Panhuys en naar voorbeeld van zijn huis aan het Hereplein in Groningen. De rijke, direct uit de gracht oprijzende, achtergevel in eclectische vormen heeft in het midden een neorenaissance-geveltop, verder enkele balkons en aan de noordzijde een achtkante toren. Het huis herbergt sinds 1958 het Nationaal Rijtuigmuseum.
In het interieur bevat de voorm. dans- of balzaal een schouw uit circa 1700, met een door Egbert van Dieren geschilderd bloemstilleven, en verder een grote schildering met mythologische voorstelling door H. Collenius. De zaal op de begane