gaan. Is er een kapper om die hoek? Ja, ik geloof van wel. Was het een smoesje om tactvol een eind aan het gesprek te maken? Niets voor Olga. Misschien laat ze nodeloos vaak haar haar spoelen. Waar doet ze het van als ze niet getrouwd is, zou Netty zeggen. Nee, het is anders: ze ging naar de salon om zich te laten pedicuren. Dit verklaart de ironische wiebel van haar naaldhakken. Likdoorns. Dit stelt Flim gerust.
Mooi is ze geworden, domweg mooi. Wat een vrouw. Slank, goed gekleed, sprekende ogen. Kunstmatig? Waarom niet? Nu hij haar van likdoorns heeft voorzien mag ze best haar ogen bijwerken.
Het is bijna half twee. Flim gaat naar de keuken om zich een kop koffie in te schenken. Hij struikelt over een speelgoed-bulldozer die plotseling schokkend in beweging komt onder het uitstoten van knorrige geluiden die pas ophouden als het ding tegen de pedaalemmer tot stilstand komt.
Terug in zijn fauteuil, met de kop koffie op een bijzettafeltje, kijkt Flim op de klok met de uitgewiste Romeinse cijfers en de onduidelijke wijzers. Even over halftwee al. Het tikken van de klok gaat gepaard met een schraperig bijgeluidje, wellicht overgenomen van het kuchje van de erflater, Flims grootvader. Het is niet te wijten aan de paper-clips waarmee Flim de slinger heeft verzwaard, al zegt Netty van wel; Flim meent zeker te weten dat de klok al schraperig tikte voordat hij tot ingrijpen overging.
Hoe lang is de geschiedenis met Olga ook weer geleden? Tien jaar of iets langer. Hoe is het ook weer begonnen? Was haar man erbij of niet? Denkelijk niet. Ik herinner me hem alleen met een hoed op en een jas aan, op het punt te vertrekken naar een van zijn raadselachtige bijeenkomsten. Klaverjassen? Liesje, hun dochtertje kan ik me helemaal niet meer voor de geest halen. Hoe oud was het kind toen? Ze reed net op een driewielertje, dus zal ze zo oud geweest zijn als Petertje nu: drie of vier.