Brieven (2 delen)

Aan Mr. A. Op ten Noort¹⁾.

160. Wildenborch 13 March 1798:

My dear Friend

The fishes you have had the goodnes to send to me demands my cordealest thanks, they were a delicate treat for the poor Hermit. As the arrival of Mr. van Balveren at Zutphen is probably very near I reserve the further expression of my gratitude to that epoch.

Farewell my old faithfull Friend. Remember me. I kiss respectfully the hands of Mistris Op ten Noort and am impatient to see again you and her and to assure you how unalterably I am

Yours

1) Mr. Arnold Op ten Noort, president van de Regtbank van eersten aanleg te Zutfen. De fam. Op ten Noort bezat het Ross, een te buitenplaats in de buurt v. Lochem. Hij was een zoon van den Burgemeester v. Kampen (Mr. J.G.R. Op ten Noort 1732-87), studeerde eerst in Harderwijk, daarna te Leiden. Aan hem zond Staring: Ten Geleide van een Haas (bundel 1837, III, blz. 57). Hij stierf in 1839 (zie Br. 152). Het familiearchief der Op ten Noort's bevat een ontgroenformulier uit Harderwijk; A.C.W. Staring neemt A. Op ten Noort als vazal aan; het heeft den vorm van een oorkonde. Ook in het archief der familie Staring komt een dergelijke oorkonde voor. Van Op ten Noort zijn 68 brieven bewaard (zie Bijlagen XIII-XV).