Hemelryck dat is Lof-sangh van 't Rijcke der hemelen(1621)–Joannes Stalpaert van der Wiele– Auteursrechtvrij'twelck eertijds beweeght heeft Adrianum rechter van Nicomedien tot het gheloof ende martyrie ons' Heeren Iesv Christi Vorige Volgende [Folio **ijr] [fol. **ijr] Klinck-dicht Op de Costelijcke Parel by de vvelcke het Hemelrijck vverdt vergheleecken int xiv Ghedicht Deses Lof-sangs. O Costelijcke Paerl', O over schoon Iuweel! Die u ghevonden heeft magh vry al 'tzijn vercoopen, Op dat hy u behoud': al 'swerelts goedt met hoopen T'saem opgetast en is by u niet 'tminste deel. Ick hebbe vanden Heer begeert geen beden veel, Maer u mijn schat alleen, hier hebb' ick om geropen Als 'thert nae 'swaters stroom hebb' ick hier na gelopen Om in Godts Huys te zijn den tijdt mijns levens heel. Int gantsch dit aertsch Prieel is niet van sulcker waerde, Noyt oor en heeft gehoort, noyt oogh zach diesgelijck, Noyt yet in 'tsmenschen hart zich zoo schoon openbaerde, Al 'swerelts macht en pracht is hier by niet dan slijck. God gev' hem die zoo zoet dit met zijn pen verclaerde, Na zijn' en mijne wensch in Christo 'tHemelrijck. Unam petij a Domino, hanc requiram. Vorige Volgende