Gulde-jaers feest-daghen of den schat der geestelycke lof-sangen gemaeckt op elcken feest dagh van 't geheele Iaer(1635)–Joannes Stalpaert van der Wiele– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [Folio *viij r] [fol. *viij r] Z. memorie van den eerweerdighen Ian Stalpert. Stem: Als 't begint. SIngt Stalperts waerdigheyt En sijn godvruchtig leven, Die d'Heyl'gens heyligheyt Te singhen heeft beschreven. 't Hemels heyligh ghetal In God eer te bewijsen, Leert hy; en hoe men sal Godt in sijn Heyl'ghen prijsen. En mits in 'tlicht wat groots Hy tot Godts eer deed komen, Heeft hem de goetheyt Goods In glory opgenomen. De Eng'len Chooren bly, De heylige Godes vrinden, Hoe liefflijck songhen sy; Weest welkom Gods beminden. Voor uwen arbeyds loon Van 'tgeen ghy hebt geschreven, Sult ghy in Godes throon Seer heerlijck zijn verheven. [Folio *viij v] [fol. *viij v] Ontfanght het hemels lot Singht nu van dapp're daden, Singht nu den hoogsten Godt, Singht nu van sijn genaden. Singht nu een nieuwen toon, Godts lof wilt hoogh verbreyden, Voor sijnen heyl'gen throon Daer wy u toe gheleyden. O Stalpaert! die seer groot By God zijt op gheresen! Wilt ons in onsen nood By hem ghedaghtig wesen! O Heylig hemels Heer Ontfermer der sondaren, Wilt ons tot uws naems eer Ten eeuwigen leven sparen. Amen. S. B. V. C. Vorige Volgende