Gulde-Jaer Ons Heeren Jesu Christi
(1968)–Joannes Stalpaert van der Wiele– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 300]
| |
Ga naar margenoot+ Hoog-waerdig sacrament.
| |
2Hoe kost ghy my meer suchts⋆ bewijsen!
Waer was oyt heeter minne-gloed!
Als met u lichaem my te spijsen
En laven met u dierbaer bloedt.
O soetste spijs!
O waerdste prijs!
Laet u genot mijn ziel soo stijven⋆,Ga naar voetnoot2,7
Dat zy in u altijdt magh blijven,
Tot datse komt in 't Paradijs.
| |
3Mijn Heer, mijn God, die 'k hier om-erme;
Nu sal ick u niet laten gaen,
Tot dat ghy mijnre komt t'ontfermenGa naar voetnoot3,3
En uwen zeghen doet ontfaen.
| |
[pagina 301]
| |
Heer, dit bedwanghGa naar voetnoot5
Is u verlangh;Ga naar voetnoot6
Wilt Iacobs Kracht in my verversenGa naar voetnoot7
Om hier uw' gracy af te persen,
Tot dat ick daer de kroon ontfangh.
| |
4Prins Iesv, Vorst van alle Vorsten,Ga naar voetnoot4,1
Uw' mildheydt zy gebenedijt.
Als 't ghene dat ghy selver zijt.Ga naar voetnoot4
Weest ghy mijn schat,
Mijn kost, mijn nat,
Mijn ziel, mijn sin, mijn lust, mijn leven,
Tot dat ghy my eens komt te gheven
Uw' wellust die noyt end en had.
|
|