Over de schrijver
Lou Spronck, geboren te Maastricht in 1936, studeerde Nederlands en Geschiedenis aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Vanaf 1962 was hij verbonden aan het Jeanne d'Arc College te Maastricht, eerst als leraar en conrector, vanaf 1978 tot 1997 als rector.
Zijn interessevelden zijn de regionale geschiedenis, literatuur, dialect- en volkskunde, vooral van de negentiende eeuw. In 2009 promoveerde hij op het proefschrift getiteld Theodoor Weustenraad (1805-1849) en de ‘Percessie van Scherpenheuvel’. Verder publiceerde hij onder meer:
- | De Maastrichtse dialektliteratuur vóór 1840 (in: Miscellanea Trajectensia, 1962); |
- | De ‘Rij-al-oet wagel’ in revisie (in: De Maasgouw 1998); |
- | Jacob Kritzraedt (1602-1672) en de streektaal (in: Publications 2003); |
- | Felix Rutten: Terugblik 1880-1930, 2004 (met Peter Schulpen); |
- | Philippe van Gulpen 1792-1862, chroniqueur met pen en penseel, 2005; |
- | Boekèt Mestreechs, bloemlezing uit de Maastrichtse dialectliteratuur, 2005 (met Flor Aarts); |
- | Het Maastrichts anno 1807: boers? (in: Het Limburgs onder Napoleon, 2007; met Ben Salemans en Simone Schrijnemakers); |
- | De Bittgank no Conter & De Percessie van Scherpenheuvel, twee negentiende-eeuw se satires in de streektaal (in: Veldeke Jaarboek 2010). |