Oude en nieuwe liedjes
(1864)–F.A. Snellaert– Auteursrechtvrij
[pagina 31]
| |
die ons minden, of men zal u lee-ren op de pij-pen dan-sen; nu hebt gij goê
kan-sen. Weg, Gas-con, wi de bon, bon, bon, voor't rus-sisch goed ka - non.
2.
Wilt nu loopen met gheel hoopen,
Zegt adieu schoon landen.
Pruisens koning, g'hebt uw woning:
Franschen vlugt met schanden
Van de vlaamsche palen,
't Land zal u betalen
Met de son - wi de bon, bon, bon,
Van 't pruisisch schoon kanon.
3.
Alexander wilt geen ander
Als de potentaten.
Roomsche keizer, gij zijt wijzer
Dan ons te verlaten.
Gij zijt onze vader;
Wij roepen te gader
Het kanon, - wi de bon, bon, bon,
Jaagt wegt 't vervloekt nation.
4.
't Is victorie ende glorie
Voor de jonge lieden;
Requisitie, contributie
Zal niet meer geschieden.
Hier uit deze landen,
Franschman, vlugt met schanden,
Vlugt, nation: - wi de bon, bon, bon,
Voor 't vereenigde kanon.
5.
Laat ons zingen, laat ons klingen,
Met vreugde victorie,
Van die helden, die zich stelden,
Behaalden de glorie.
Dat lang mogen leven,
Die ons vrede geven!
Zegt vrijdom: - wi de bon, bon, bon,
Vergund door hun kanon.
1814. |
|