De Afscheiding van 1834. Deel 9. Provincie Gelderland
(1991)–C. Smits– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 434]
| |
Bijlage IV
| |
Art. 2Allen, die vrijwillig tot deze Kerk toetreden, en de kinderen, die door den doop hare gemeenschap zijn ingelijfd, of voor zoover zij met hunne ouders zijn overgekomen, worden als leden der Kerk erkend en beschouwd tot hare gemeenschap te behooren. Dezen allen blijven tot de Christelijke Gereformeerde Kerk behooren, zoolang zij niet duidelijk toonen zich van haar af te scheiden of door het bevoegde Kerkbestuur van het lidmaatschap zijn vervallen verklaard. Stemgerechtigd zijn alle manslidmaten der gemeente, die belijdenis des geloofs hebben afgelegd en niet onder censure staan, en, wat de stoffelijke belangen betreft, ook de meerderjarige mansdoopleden, die in sommige gemeenten bij de wijzing van dit Reglement stembevoegdheid bezitten. | |
Art. 3Ingevolge de Kerkorde, vermeld in art 1, wordt het bestuur over de bijzondere gemeenten geoefend door de Kerkeraden; met betrekking tot eenige gemeenten gezamenlijk in een gedeelte van een provincie, door de Classicale Vergaderingen; voor zooveel al de gemeenten in een Provincie betreft, door de Provinciale Vergaderingen; en wat aangaat de geheele Christelijke Gereformeerde Kerk, door de Algemeene Synode. | |
Art. 4De Algemeene Synode wordt, in gewone omstandigheden, alle drie jaren gehouden. | |
Art. 5De Algemene Synode benoemt eene Synodale Commissie, bestaande uit drie leden, waarvan om de drie jaren één lid volgens rooster aftreedt, zonder dadelijk herkiesbaar te zijn. Aan deze Commissie is de uitvoering opgedragen van alles wat de Synode haar in last geeft. Verder is haar opgedragen de behartiging van alles, wat uit de betrekking der Christelijke Gereformeerde Kerk tot de Regeering voortvloeit, en van hetgeen haar door eenige Provinciale Vergadering wordt opgedragen. Door eenige Provinciale Kerkvergadering tot eenige zaak, die de Kerk in het gemeen aangaat, aangezocht zijnde, handelt zij daarover gelijk zij nuttig en goed oordeelt, zonder evenwel eenige kerkelijke vergadering in hare handelingen te belemmeren. Tevens ontvangt zij de stukken, die uit het buitenland aan de Christelijke Gereformeerde Kerk in Nederland gericht worden, en brengt die ter kennis, waar het behoort. In eenig weekblad geeft zij kennis van al hetgeen zij ter kennis van de gemeenten meent te moeten brengen, terwijl zij aan de Synodale Vergadering verslag doet van al hare werkzaamheden gedurende den tijd van de eene Synode tot de andere. In gewone omstandigheden houdt zij jaarlijks ééne bijeenkomst op de plaats harer vestiging, en wel te Amsterdam. | |
Art. 6Elke afwijking tegen de bepalingen van het voorgaande artikel maakt de handeling der Synodale Commissie voor de Kerk krachteloos. |
|