[Nieuwpoort]
NIEUWPOORT; een stad aan de Lek, tegen over Schoonhoven; in de oorlogen tussen Holland en Gelderland, veel elenden en wederwaardigheden onderworpen.
A. 1489; isse belegerd, volgens last van de graaf van Holland en bestel van die van Dordrecht, veroverd, afgebrooken en geslecht.
A. 1514; weder afgebrand.
A. 1516; weder overvallen en uitgeplonderd, door de Geldersse.
A. 1517; wederom afgebrand.
A. 1524; driemaal, van de gemelde Geldersse, ingenomen, geplonderd en verbrand. En des wegens moet het u niet als iets seldsaams voorkomen, dat deese ongelukkige stad allenskens is verarmd en voor het grootste gedeelte van burgery ontbloot. Goudhoeve, 93 en 528 bl. Oudenhove, Suid Holl. 226 en 312 bl. Slichtenhorst. Gelders. G. II B. 345, 349 en 357 bl.
Vorders is het een leen van de Graaflykheid; houdende het, voor de eene helft, de welgeboorn. Heer van Langerak, en voor de andere helft, syn Excell. Willem Frederik, gr. van Nassau, Stadholder van Friesland, Groningen en Ommelanden, &c. als Heer van Liesveld. Oudenhoven, wederom, 314 bl.