[Karel]
KAREL, van Gelder; de soon van Adolf; van welken, boven, 48 bl. in Buiren Gebooren, A. 1467 en A. 1538, overleden. Slichtenhorst, Geld. Gesch. 9 B. 259 bl. en 11 B. 433 bl.
A. 1493, wierd hem, volgens uitspraak van 4 keurvorsten, Gelderland afgenomen; als synde van Arnoud en Adolf ten onrechte beseeten. Maar hy bleef hertnekkigh. Met de naam van Karel van Egmond niet te vreden, liet hy sich hertogh van Gelder noemen. Trekt te velde tegens den keiser Maximiliaan, en deed hem deinsen. Deselve Slichtenhorst, 11 B. 306 H. Kemp, Gorch. 414 bl.
Voorts was hy een onrust, doch doortrapt en arglistigh, los en ongestadigh, een bittere vyand van Burgondie en een trouwe vriend van Vrankryk; wegens, syn krygsbedryven, met recht, de Geldersse Achilles geheeten, by Kemp, Gorch. 427 bl. en altyd vreeslyker door syn verlies geworden, en deswegen den koning Mithridates, in het oorlogen tegens de Romeinen, verre verby strevende; volgens Slichtenhorst, 11 B. 433 bl.
Endlyk, A. 1538, gelyk wy boven stelden, hy van hertseer kranksinnigh, overleden synde, is syn lyk, binnen Arhnem, in de Groote Kerk, ter aarden besteld; volgens het verhaalde, in den letter A, 21 bl.
Maar, hier diend noch iets aan u gesegt te worden. Gy laast daar soo even, Karel van Egmond, myn lieve Leeser dit moet ik, met een woordjen slechts, ophelderen.
Gelieve dan aan te merken, dat de Graven en Hertogen van Gelder, sprooten, I. Uit het Huys van Nassauw; wegens gr. Otto, A. 972, overleden. II. uit het Huys van Egmond; wegens Arnoud van Egmond, grootvader van deesen Karel. Ondertussen sie de geheele Stamboom, uit Pontanus genoomen, by Slichtenhorst, 11 B. 436 bl.