Allenskens afsakkende, passeerd sy het Suyd-Laarer meer, en komt soo binnen de stad Groningen. Van daar neemtse een kromme loop naar Winsun (aldaar de Noorder landstreek gevende de naam van Hunsingo) en ontlast sich eindlyk, beneden de Soltkamp (my heugd noch het gesicht, sedert den 7 Julii, des jaars 1685) tegen over het eiland Schiermonkoogh, in den Oceaan. Ubbo Emmius, de Agro Frisiae, 1 cap. 5 pag.
In de Landkaart van meergeroemde Visscher, word sy, boven de stad, het Schutendiep, en, beneden de selve, het Reydiep of liever het Riet-diep, genoemd.
Sie beneden, in de letter R, op Rieviertjes, ook deesen Hunesus nevens de Fivel-aa (van welke het Oosterdeel des lands heet Fivelen-goo) heden het Damster-diep.