Eibergsche sang-lust
(1680)–Willem Sluiter– AuteursrechtvrijOp de wijse van Psalm 77. Ik hebb' mijn stem opgeheven. Of: Siet Eijks Fluiten-Lusthof, 2.Deel, Fol.48. omgekeert.1.
Ga naar margenoot+Houdt gy maar Godts reine wegen,
Wat is dan daar aan gelegen,
Wie u met of tegen zy?
Ga naar margenoot+ Iesus blijft ons altijt by.
Ga naar margenoot+Hebt gy Hem en sijn genade,
Niemants boosheit doet u schade.
Is Godt met ons, wie is 't dan,
Die ons tegen wesen kan?
2.
Ga naar margenoot+Soo gy lijden kondt en swijgen,
Sult gy haast Godts hulp verkrijgen,
Ga naar margenoot+ Geef u maar aan Hem alleen,
Die wel voor u in sal treen.
| |
[pagina 73]
| |
Ga naar margenoot+Den nootdruft'gen, die in lij'en
Tot hem roept, wil Hy bevrij'en.
Ga naar margenoot+ Hy geeft, met een gunstig oor,
Der sachtmoed'gen wensch gehoor.
3.
Ga naar margenoot+Volgt, door on-eer, en door eere,
Wel-gemoet, ons'aller Heere;
Gaat door quaat en goed gerucht,
Voor geen haat of smaat beducht.
Wie u lijd' of niet en lijde,
Ga naar margenoot+Blijft gy maar aan Iesus zijde,
Ia ook in sijn zijd' en hart,
Daar gy alle rampen tart.
4.
Ga naar margenoot+Van geen werelts vrede praat hy,
Sijnen vrede heeft en laat hy;
Die verleent ons goeden moedt,
Als de werelt hittig woedt.
Ga naar margenoot+Meint dan in geen werelts hoeken
Vreed' en veel gemak te soeken:
Ware vrede van 't gemoet
Is in Godt ons'hoogste goet.
5.
Ga naar margenoot+Laat uw ziel slechts zijn beseten
In gedult en 't goe geweten;
Soo sal Godt u wel behoen,
Ga naar margenoot+ Wat u ook de menschen doen.
Die van binnen wel gestelt is,
Schoon hy uitterlik gequelt is,
Ga naar margenoot+ Wort in noot en doots gevaar
Godts gewenschten troost gewaar.
|
|