Eibergsche sang-lust
(1680)–Willem Sluiter– Auteursrechtvrij
[Folio **5r]
| |
Aan de zedige Gemeinte van Eibergen, Op het tweede Zangboek van haar Geestrijken Dichter en Ziel-zorger Wilhelm Sluiter.Eibersche volk'ren, 'k hoor u prijsen,
Dat gy in gang, in zang, en maat,
In 't spoor van uwen Herder gaat,
Om Jesus eere te bewijsen:
Dat by u wort geen liedt gehoort,
Als 't geen uw Godt de ziel doorboort.
O hoe gelukkig zijt g' in dezen,
Die dus uw hert en stemmen paart!
Gy leeft als Eng'len op der aardt,
En overwint al 's werelts vreezen.
Want wie Godt looft,en lieft, en smeekt,
Krijgt alles wat hem hier ontbreekt.
Verlaat doch niet dees kostle liefde,
Gelijk die van Ephezen deên,
Of als het laau Laodiceen,
Dewijl gy dan de ziel doorgriefde
Van hem die u dus weyt en leyt,
En van die Opper-Majesteyt.
| |
[Folio **5v]
| |
Uw leeraar, om u op te wekken
Dat gy soudt gaan van deugt tot deugt,
Die schaft u weder nieuwe vreugt,
Om u dus meer van d'aardt te trekken.
Want Sluiters doen u hier op uyt,
Dat hy u in Godts liefde sluit.
Wilt gy hem weder-liefde toonen,
Plant deze zangen in uw hert:
Hy zoekt geen roem, als dat gy wert
Godts erf, sijn blijdschap, en sijn kroone.
Hy lacht met 'swerelts lof en eer,
Maar wacht sijn lauren van den Heer.
Vermaak u dan met sijn gezangen,
't Zy dat gy droef of vrolijk zijt;
En 't is gewis, na deze tijt
Sult gy met Sluiter ook ontfange
Te zingen, 't nieuwe Maagden-liet,
Daar ider eeuwig vreugt geniet.
Ga naar margenoot+H. Sweerts |
|