Yoeng poe tsjoeng(1933)–J. Slauerhoff– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 29] [p. 29] Reizend naar Njoe Tse Wang Weinig slaap en lange wacht na middernacht, Reizen en staren in den zwarten nacht, Een strand ligt blank in de maan, zelf in wolken Onzichtbaar, nimmer door den wind ontbloot. De zeilen kraken hard en stijf bevroren. De golven zoeken winterslaap, ijsschotsen Brijzelt de boeg, wij voeren veertig dagen Door nevelen en nog geen Njoe Tse Wang. (Po Sju I) Vorige Volgende