Yoeng poe tsjoeng(1933)–J. Slauerhoff– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 8] [p. 8] Mijn zonen of Rampspoed geeft recht op dronkenschap Haast al mijn haar is al grijs, Vol rimpels mijn gezicht. Toch is het mij goed gegaan: Geen dochter heb ik en vier zoons, Maar allen haten papier en penseel. A Sjoe is achttien; Alleen in luieren is hij een meester. A Sji An doet zijn best, Maar in zijn hart haat hij de Letteren. Yoeng Twam is dertien. Maar kan geen zes van zeven onderscheiden. Toeng Tsoe, toch al negen jaar, Heeft alleen verstand van lekker eten. Waar de hemel mij zoo misdeelt, Heb ik geen recht diep in het glas te zien? (Tao Sjen) Vorige Volgende